#110: Ellen van Ginkel (transcriptie)

Transcriptie: Ellen van Ginkel

Onze gast deze week, “Mijn eerste managementfunctie was toen ik eind twintig was.” Is haar managementstijl in de tussentijd veranderd? “Dat je ook niet per se formeler hoeft te zijn of hiërarchischer, maar dat je juist in verbinding moet zijn met de collega’s. Ik denk dat ik daar toen toch wel anders in was, achteraf gezien.” Heeft onze gast misschien tips voor de nieuwe generatie? “Gun jezelf ook de rust en de tijd om te ontdekken wat je leuk vindt. We wonen in Nederland, dat is een heel mooi land met heel veel mogelijkheden qua studies, maar we hebben ook het geluk dat we zonder restricties en beperkingen heel veel landen in de wereld kunnen zien. Dus probeer ook de wereld daarbij te ontdekken. Kijk waar je energie van krijgt.” En welke woorden hebben haar zelf geïnspireerd in haar loopbaan? “Mijn tweede teammanager bij a.s.r., die wat onconventioneel was, heeft op een gegeven moment ook tegen mij gezegd, ‘Wat ga je doen met je leven? Als je je kwaliteiten wil benutten, mag je met me meelopen. Maar dan moet je wel je best gaan doen’.” Onze gast deze week is de CEO van LYNX, Ellen van Ginkel. Je host is Jeroen Broekema. 

Ellen van Ginkel (CEO Lynx) na het gesprek met Jeroen Broekema van Leaders in Finance podcast

Jeroen: Welkom bij een nieuwe aflevering van Leaders in Finance. Deze week is te gast Ellen van Ginkel, de CEO van LYNX, de online broker. Welkom, Ellen! 

Ellen: Dankjewel! Bedankt voor de uitnodiging. 

Jeroen: Leuk om hier te zijn, samen in Driebergen bij Grytte Bloemenheuvel. Het is een stralende dag, we zitten hier samen. En het is toch een beetje extra bijzonder voor mij, want wij kennen elkaar al geruime tijd. 

Ellen: Dat klopt!

Jeroen: Het is extra bijzonder om samen met jou te zitten en toch een keer in deze setting, dat is heel anders, denk ik. Mijn ervaring is, als ik mensen spreek die ik al een beetje ken, dat ik toch nog heel veel nieuwe dingen over ze leer door zo’n gesprek. Dus let’s see! Ik zal je introduceren. Voordat Ellen begon bij LYNX, werkte ze onder andere als COO van Vesting Finance. Ze werkte als Director Accounts, Customers & Lending Netherlands en India bij ABN AMRO en als COO van Alfam Consumer Credit. Ze startte haar loopbaan bij a.s.r., de verzekeraar, als schadebehandelaar arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Ellen studeerde commerciële economie in Utrecht en deed daarna een studie bedrijfskunde aan de Universiteit van Groningen. Ellen is 46 jaar, getrouwd met Hendrik-Jan en samen hebben ze twee kinderen, Hugo van 15 en Katie van 13 jaar en het gezin woont in Bilthoven. Dan hebben we al een beetje een beeld van jou, zowel zakelijk als privé. Wat ik leuk zou vinden, om te starten, is te praten over LYNX. Want ongetwijfeld kennen heel veel mensen die dit luisteren LYNX, maar ongetwijfeld zijn er ook heel veel die het niet kennen. Zoals veel luisteraars weten, en jij volgens mij ook – ik begreep dat je ook weleens luistert – structureer ik dat graag aan de hand van de stakeholders. Het is misschien leuk om te beginnen bij de klant als stakeholder, wie zijn nou eigenlijk de klanten van LYNX?

Ellen: Dat ga ik meteen vertellen, mag ik eerst beginnen met heel kort uit te leggen wat LYNX is?

Jeroen: Absoluut, ga je gang!

Ellen: Zoals je zei, een aantal luisteraars zullen LYNX als bedrijf nog niet kennen. LYNX is een online broker voor particuliere en professionele beleggers, opgericht in 2006. LYNX biedt een geavanceerd platform waarmee wereldwijd belegd kan worden in aandelen, opties, futures, valuta, effecten en derivaten. Dat even in het kort over LYNX.

Jeroen: Die hebben we alvast binnen!

Ellen: Ja.

Jeroen: En wie zijn dan de mensen die dat afnemen, de klanten?

Ellen: LYNX richt zich op een hele specifieke doelgroep, dat zijn actieve ervaren beleggers en traders. Dat is een specifieke doelgroep omdat ze een bovengemiddeld vermogen onder administratie aanhouden. Ze hebben speciale wensen, ze zijn ervaren, dus ze verwachten ook echt wel wat van de broker waarmee ze samenwerken.

Jeroen: Dus het zijn eigenlijk mensen die er best veel van afweten, relatief gezien?

Ellen: Ja. Best veel tot heel veel, dat klopt.

Jeroen: Dat betekent ook, zo klinkt het voor mij in ieder geval, dat het veeleisende klanten zijn?

Ellen: Ja, absoluut, dat zijn ze. Daar is onze organisatie ook op ingericht.

Jeroen: Zijn die klanten primair in Nederland of zijn het ook andere landen?

Ellen: LYNX heeft kantoren in vier landen. Het hoofdkantoor staat in Amsterdam in Nederland, daarnaast hebben we ook kantoren in België, Tsjechië en Duitsland. Maar we bieden onze diensten aan in tien Europese landen.

Jeroen: Dus het zijn lokale kantoren, maar het is breder dan dat. Die worden dan bediend vanuit die lokale kantoren?

Ellen: Ja, vanuit de lokale kantoren en ook met een lokale klantenservice. Bijvoorbeeld bieden we onze diensten aan in Frankrijk, die worden door onze collega’s in België in het Frans te woord gestaan.

Jeroen: En Nederland is nog steeds het belangrijkste land voor jullie, neem ik aan?

Ellen: Nederland en Duitsland, het hangt een beetje ervan af wat de definitie van ‘belangrijk’ is, maar het hoofdkantoor staat in Nederland. De meesten klanten van LYNX zitten in Duitsland en Nederland.

Jeroen: Helder. Hebben we het dan over een paar honderd, een paar duizend, honderdduizenden of miljoenen klanten? Is dat openbare informatie?

Ellen: Ja, zeker. Lynx heeft ongeveer 65.000 klanten.

Jeroen: Een andere stakeholder, collega’s, jullie doen het met teams in verschillende landen, zei je. Hoeveel mensen werken er en met wat voor profielen?

Ellen: We werken met ongeveer 300 collega’s, de profielen zijn over het algemeen jonge collega’s. De gemiddelde leeftijd is 29, bij LYNX. De meeste collega’s hebben zelf ook een passie voor beleggen, en dat moet ook wel als je onze klanten goed te woord wil staan. Dan moet je zelf ook veel begrijpen van het product en de diensten die we aanbieden. Dus over het algemeen hoogopgeleide jonge collega’s met een passie voor beleggen.

Jeroen: Duidelijk. Qua eigenaren, want dit bedrijf is niet een publiek bedrijf, weet ik. Kan je iets zeggen over wie de eigenaren van LYNX zijn?

Ellen: Ja, de eigenaren zijn Rogier en Jeroen. Zij hebben LYNX opgericht in 2006, ze werkten zelf in de beleggingswereld. Ze hadden ook een passie voor beleggen en ze waren zelf ook fervente beleggers. Zij zagen op een gegeven moment dat de grootbanken de markten domineerden en daar zagen zij een kans. Die hebben ze gegrepen en toen zijn ze LYNX gestart.

Jeroen: Zij zijn ook nog steeds actief in het bedrijf?

Ellen: Nee, zij zijn niet actief in het bedrijf, ze zijn beide wel bestuurder geweest. Het succes van LYNX is aan hen te danken, ze hebben jaren bij LYNX gewerkt. Rogier is een aantal jaren geleden al uitgestapt en Jeroen is vorig jaar uitgestapt als bestuurder.

Jeroen: Helder.

Ellen: Ze zijn nog wel allebei als grootaandeelhouder op de achtergrond actief.

Jeroen: Ja. En hoe is het voor jou om CEO te zijn voor dit bedrijf?

Ellen: Een hele mooie ervaring. Je zei het net al tijdens de introductie, ik heb hiervoor voornamelijk ervaring opgedaan als COO. Dus dit is voor mij ook weer een hele mooie ervaring, om mij op een iets breder vlak te mogen ontwikkelen bij dit bedrijf. Maar het is ook echt wel een uniek bedrijf in de zin van cultuur, de sfeer die er hangt, hoe het opgericht is, de DNA van LYNX die bij iedereen echt in de genen zit, het is echt wel een uniek bedrijf vergeleken met de bedrijven die ik heb meegemaakt hiervoor.

Jeroen: Mooi! Dat klinkt goed. Dan ga ik toch mijn stakeholderlijstje nog even afmaken. Eentje waar ik ook altijd graag naar vraag is de samenleving. Waar staan jullie als bedrijf in die samenleving als stakeholder? Hoe kijken jullie daarnaar?

Ellen: Dat is wel een goede vraag. Dat is natuurlijk ook een belangrijke stakeholder als één van de stakeholders. Uiteindelijk zijn we natuurlijk een mooi bedrijf en we willen een mooi bedrijf runnen met een mooi resultaat. Maar voor de samenleving zijn we relevant en dat ligt nog het meest besloten in onze kernwaarde ‘do the right thing’. Dat kan je op verschillende manieren opvatten, maar als je kijkt naar de samenleving als stakeholder, zoals ik net zei, richten we ons op een specifieke doelgroep van klanten. Dat doen we bewust, maar dat betekent ook dat onze toegangsdrempel om klant te worden zwaarder is dan bij andere concurrenten of andere marktpartijen in deze wereld. Dat is soms commercieel gezien niet altijd handig, soms twijfelen we eraan, “Zouden we de toegangsdrempels moeten verlagen?” Elke keer zeggen we, “Nee, we varen onze eigen koers; dit is onze koers.” Ook bieden we een heel geavanceerd platform aan, dan moet je ook je verantwoordelijkheid nemen dat je ook niet iedereen via dat platform kan laten beleggen. Dus in dat opzicht denk ik dat het al besloten ligt in de kernwaarde ‘do the right thing’. Maar ook als je kijkt naar transparante communicatie, het is een actuele discussie tegenwoordig: Gratis beleggen, bestaat dat of niet? Wij zijn daar heel helder in; dat bestaat niet. Dus onze communicatie richting de klanten willen we ook zo transparant mogelijk houden.

Jeroen: Hier zitten heel veel interessante dingen in. Mooi uitgelegd, trouwens. Eerst even die drempels, heb je daar een concreet voorbeeld van? Betekent dat als je 2000 € te beleggen hebt, dat je niet welkom bent? Is dat een drempel, of zijn het andersoortige drempels?

Ellen: Ja, dat is één van de drempels. Je moet minimaal 3000 € inleggen om klant te mogen worden. Daarnaast hebben wij ook nog wat kennis- en ervaringsvereisten. Een nieuwe klant moet een test doen, ze moeten aangeven hoe vaak ze beleggen, hoe veel transacties ze normaal gesproken doen, hoeveel jaar ervaring ze hebben. Dus dat wordt wel gecheckt.

Jeroen: En daar houden jullie echt aan vast? Want ik kan me voorstellen dat het altijd verleidelijk is om te denken, “Begin maar eens even met een paar honderd euro. Wellicht zit daar een heel vermogend iemand achter, en gaat die misschien wel door.” Maar toch zeggen jullie, “Nee, we houden er echt aan vast”? Jullie hadden trouwens die drempel ook op 50.000 € kunnen leggen, maar blijkbaar kies je hem ergens.

Ellen: Ja, klopt. We houden daaraan vast en uiteraard komt die vraag weleens naar boven, “Moeten we er misschien minder strikt in zijn?” En uiteindelijk is het antwoord elke keer weer, “Nee, we staan voor wat we doen. We richten ons op een nichemarkt en dit zijn dan de toegangsvereisten die erbij horen.”

Jeroen: Helder. Het andere wat ik interessant vond is dat je zei, “Gratis beleggen bestaat niet.” Er zijn natuurlijk – zonder namen te noemen – allerlei partijen die dat wel roepen, in some form or fashion. Dat is dan ook wel ergerlijk, want als het in jullie beleving niet bestaat, is het lastig om daartegen te concurreren, toch? Als dat eenmaal in mensen hun hoofd zit, dat het gratis kan?

Ellen: Ja, het heeft ook meer met de manier van communiceren en adverteren te maken. Wij vinden zelf dat elke belegger, jong of oud, ervaren of onervaren, moet begrijpen dat gratis beleggen gewoon niet kan. Elk bedrijf maakt kosten, en die moeten ergens terugverdiend worden. Er zijn verschillende manieren waarop je dat kunt communiceren. Wij kiezen ervoor om daar zo transparant mogelijk in te zijn.

Ellen van Ginkel in gesprek met Jeroen Broekema voor de Leaders in Finance podcast

Jeroen: Als we dan meer naar jou toe gaan bewegen, nog niet helemaal terug naar je jeugd – daar kom ik graag ook nog op – ik vond het wel leuk in de introductie dat er staat dat je begonnen bent bij a.s.r. als schadebehandelaar. Hoe kwam je daar zo terecht?

Ellen: Na mijn studie ben ik vrij impulsief met een vriendin op een wereldreis gegaan. We zijn vierenhalve maand weggeweest, door Zuid-Amerika en Nieuw-Zeeland en Azië getrokken. Ik kwam terug zonder een cent te makken. We hadden een supermooie tijd gehad, maar we hadden daar niet gewerkt, dus er moest weer geld verdiend worden. Dat was in het jaar 2000, dat was het jaar dat er redelijk veel banen beschikbaar waren. Je ging toen ook naar een uitzendbureau als je een baan wou. Ik weet niet of dat tegenwoordig nog steeds zo is. Ik hoor er steeds minder over, maar dat weet ik eigenlijk niet. Ik ging naar het uitzendbureau en ik kon meteen bij een aantal bedrijven terecht. De opties waren Junior Consultant bij een aantal grote consultancy namen, of bij a.s.r. als schadebehandelaar. Ik heb een paar gesprekken gehad en heb daarin gewoon mijn gevoel gevolgd, voor de mensen waarbij ik het beste gevoel had. En dat was bij a.s.r. Zo ben ik daar terechtgekomen. Toentertijd met de gedachte, “Dat ga ik een paar maanden doen, dan heb ik in ieder geval inkomsten en dan kijk ik in de tussentijd wat ik daadwerkelijk wil gaan doen.” Maar van daaruit is eigenlijk mijn hele leuke carrière gestart.

Jeroen: Grappig, hoe dat kan lopen! Is het dan het feit dat het alleen die mensen waren waar je goed mee kon opschieten, in die gesprekken, waar je een goed gevoel bij had? Of had je ook zoiets van, “Die financiële sector vind ik wel interessant”?

Ellen: Vooral de mensen. Ik heb niet heel bewust voor de financiële sector gekozen.

Jeroen: Eigenlijk kunnen we nu achteraf, met de wijsheid van nu, stellen dat als je daar niet toevallig een goede klik had gehad, dat je misschien in een hele andere sector had gewerkt? Want al je banen daarna zijn allemaal in de financiële sector geweest.

Ellen: Ja, klopt. Dat vind ik zelf ook wel interessant. Ik heb mezelf dat weleens afgevraagd, het zou leuk zijn om te weten hoe het anders was gelopen. Daar komen we natuurlijk nooit achter, maar het is meer toeval geweest dan wijsheid.

Jeroen: Hoe vond je die baan inhoudelijk?

Ellen: Als schadebehandelaar? Het was een leuke baan om in te komen. Ik heb daar heel veel geleerd van operations. Je was medewerker Operations, je was met de klanten in gesprek, je moet alles zo slim en zo snel mogelijk doen, zo goed mogelijk voor de klant. Dus ik heb daar Operations-wise heel veel geleerd.

Jeroen: Je triggerede me wel even toen je zei, “Ik ben vrij impulsief op wereldreis gegaan.” Hoe ging dat praktisch? Je dacht gewoon, “Nu is het moment”?

Ellen: Het was meer dat een goede vriendin van mij heel graag op reis wou, haar vriend had de tijd niet of wilde niet. Ik weet niet meer precies hoe dat gelopen is. Ik was bijna klaar met mijn studie, toen vroeg ze, “Ellen, heb jij anders zin om mee op reis te gaan?” Toen dacht ik, “Ja, dat is eigenlijk wel een hele mooie kans om op te pakken.”

Jeroen: Ben je daar erg van veranderd? Of was het gewoon alleen maar lol?

Ellen: Ik ben als persoon niet zozeer veranderd, het heeft me wel de ogen doen openen in de zin dat je heel veel verschillende culturen meemaakt. We waren redelijk onvoorbereid weggegaan, we startten in Ecuador. Bijna niemand sprak daar Engels; je moest je met je handen en voeten wegwijs maken. Je merkt dan wel tijdens zo’n reis dat je eigenlijk heel veel kan regelen en een hele mooie tijd kan hebben, ook al spreek je niet allemaal dezelfde taal, ook al is de cultuur totaal anders. Puur wat we allemaal hebben meegemaakt qua excursies, kleurrijke bevolkingen, eten. Ik vond het een onwijs mooie ervaring.

Jeroen: En als we dan veel verder teruggaan, kan je iets delen over hoe je bent opgegroeid?

Ellen: Ja, ik ben opgegroeid in Lunteren, een klein dorpje dichtbij Ede op de Veluwe in een vrij gemoedelijke sfeer, in een gemoedelijke, nuchtere en no-nonsense omgeving. Mijn ouders zijn allebei opgegroeid op een boerderij. Mijn vader is de negende van tien kinderen en bij mijn moeder waren er ook negen broers en zussen. Dus dat was altijd wel no-nonsense en nuchter, dat is ook wel de leidraad in onze opvoeding geweest. Ze hebben ons altijd alle kansen geboden. Mijn vader had het geluk dat hij de negende van tien kinderen was en dat er genoeg handjes op het land waren die meehielpen op de boerderij. De juf had zijn moeder overgehaald om hem toch maar naar de middelbare school, de HBS, te sturen. Daardoor krijg je dan ook wel van jongs af aan mee, als je dat verhaal hoort, “Soms is het ook een beetje geluk hebben hoe je terecht komt.” Dus mijn vader is naar de HBS gegaan en is daarna hard gaan werken, heeft mijn moeder ontmoet, samen hebben ze mijn broer en mij gekregen.

Jeroen: Jullie zijn maar met z’n tweeën.

Ellen: Ja.

Jeroen: Dat is wel een beetje mager na tien en negen.

Ellen: Ja, dat is wel een bewuste keuze geweest. Maar dat is inderdaad wel mager, vergeleken met negen en tien kinderen, ja.

Jeroen: En hebben zij zelf ook het agrarisch bedrijf voortgezet?

Ellen: Nee. Mijn vader is sales directeur geworden bij Mein, een bedrijf in de pluimveeverwerking. Hij heeft machines verkocht in de pluimveeverwerking. Mijn moeder is, toen ze zwanger werd van mijn broer, gestopt met werken. Ze werkte daarvoor in een bloemenwinkel. Wat trouwens nog wel leuk is om te vertellen, mijn moeder is altijd thuis geweest, ze zorgde voor de stabiliteit thuis. Maar ik ben begonnen met werken op 1 oktober 2000, dat is ook de datum dat mijn moeder weer is begonnen met werken in een schoenenwinkel. Dus we zijn beide begonnen op 1 oktober 2000.

Jeroen: Dat is mooi! Heeft ze het lang gedaan?

Ellen: Ja, tot haar pensioen, iets van een 15 jaar.

Jeroen: Geweldig, van de bloemen naar de schoenen!

Ellen: Ja!

Dit is Leaders in Finance met Jeroen Broekema.

Jeroen: Kan je nog iets delen over bepaalde normen en waarden uit die jeugd die je nog steeds bij je draagt?

Ellen: Ja, de opvoeding was redelijk calvinistisch in de zin van niet pronken met je resultaten of je bezit, nuchter zijn, niet klagen, gewoon je best doen, hard werken en eruit halen wat erin zit, werken voor je geld. Dat zit er bij mij ook redelijk ingegoten. Ik moest in mijn jeugd op de middelbare school tijdens elke zomervakantie drie weken werken. Dat moest ik ook zelf maar regelen, dan ging ik naar een uitzendbureau en ik kwam in de meest aparte situaties terecht, waardoor je ook wel leert om te gaan met heel veel verschillende mensen. Je ziet wat er voor verschillende banen zijn. Eén keer moest ik bijvoorbeeld drie weken werken in een servettenfabriek, in een grote productiehal, waar servetten werden ingepakt. Dan kwam ik ook in een soort ploegdienst terecht met een aantal dames die daar al jaren werkten en die hadden hun eigen taaltje met elkaar ontwikkeld. Dan kom je daar als buitenstaander bij, en denk je, “Ik versta helemaal niks van wat ze zeggen.” Dan moet je je ook maar staande houden. Dan waren mijn ouders wel zo van, “Succes, veel plezier!”

Jeroen: Heb je die taal geleerd, de servettenfabriek-taal?

Ellen: Nee.

Jeroen: Dat is je nooit gelukt?

Ellen: Nee, dat is me nooit gelukt in drie weken.

Jeroen: Zo ver heb je niet kunnen integreren. Mooi! En heb je ook dingen van die normen en waarden waarvan je zegt, “Daar heb ik me toch wel iets tegen afgezet, dan ben ik een andere koers gaan varen”?

Ellen: Niet bewust; ik heb me er niet bewust tegen afgezet, maar uiteindelijk ga je dan ook weer je eigen leven leiden. Ik ben gaan studeren, mijn ouders hebben zelf nooit gestudeerd, dus dat is ook weer een hele andere ervaring waar je ook weer andere dingen leert. Ik heb geleidelijk aan ook wel steeds meer beseft, “Je moet goed genieten van het leven.” En dat mag ook.

Jeroen: Dus niet helemaal alleen maar calvinistisch.

Ellen: Niet alleen maar calvinistisch, soms mag je daar ook wel wat aan uitgeven als je het waardevol genoeg vindt, maar vergeet vooral niet het genieten naast het harde werken.

Jeroen: Precies, want je hebt later – heel veel verder in je carrière, voor LYNX – ook een sabbatical gehouden. Dat is iets wat je misschien niet zo snel zou doen als je alleen maar in die mindset zit van werken.

Ellen: Nee. Daar moest ik me ook echt wel even toe zetten. Ik heb daar achteraf gezien enorm van genoten, ik ben tien maanden thuis geweest. Ik zat net thuis, toen begon corona waardoor ik ook werd gedwongen om het rustig aan te doen. Want ik was net begonnen, en toen dacht ik, “Dit ga ik niet een jaartje volhouden. Misschien ga ik toch maar weer om me heen kijken”, dat ik toch nog in die actiemode zat. Toen startte corona, de kinderen kwamen thuis te zitten, ik had ook nog wat vriendjes en vriendinnen van de kinderen op bezoek, wiens ouders fulltime aan het werk waren en het allemaal niet wisten te bollen. Ik zei, “Kom maar hier.” Dus ik heb een hele mooie tijd gehad.

Jeroen: Je was gewoon ook nanny, deels.

Ellen: Ja, klopt!

Jeroen: Toch nog hard werken, eigenlijk.

Ellen: Ja, alleen de ochtenden.

Jeroen: Dat vind ik wel een interessant bruggetje naar motiveren. Want jij hebt natuurlijk in je carrière heel vaak teams aangestuurd, bij ABN AMRO enorme teams met honderden mensen of nog meer. Nu stuur je ook weer een hele grote groep mensen aan. Je hebt die kinderen dus moeten ‘aansturen’, tijdens zo’n sabbatical. Hoe motiveer jij mensen, hoe doe je dat?

Ellen: Ten eerste door laagdrempelig te zijn, door vragen te stellen en echt in contact te komen met de mensen. Hoe meer vragen je stelt, hoe meer je ook komt te weten, ook wat goed gaat in een bedrijf of thuis en wat er ook absoluut beter kan. Ik ben wat minder van details, daar ben ik ook altijd heel open in. Ik ga niet pretenderen dat ik het beter weet omdat ik toevallig hiërarchisch iets hoger in de boom zit. Dus laagdrempeligheid, vragen stellen, mensen het vertrouwen geven dat ze goed zijn in wat ze doen. En ook vooral investeren in een mooie cultuur.

Jeroen: Wanneer was de eerste keer dat je een team aanstuurde, waar was dat, bij Alfam of a.s.r.?

Ellen: Bij a.s.r. was ik op een gegeven moment de rechterhand van mijn teammanager. Ik had een wat onconventionele teammanager waarvan ik heel veel heb geleerd, maar die ook wat aanschopte tegen de gevestigde orde. Daar was ik de rechterhand van op een gegeven moment, dus daar heb ik enorm veel van geleerd. Maar toen was ik formeel nog geen teammanager. Toen ben ik naar Alfam gegaan en daar ben ik begonnen als teammanager van een afdeling.

Jeroen: Als je daaraan terugdenkt, dat je toen voor het eerst een leidinggevende functie had en je vergelijkt dat nu, zoveel jaar later, met je huidige leidinggevende functie, ben je dan heel anders?

Ellen: Ik denk dat ik nu iets minder formeel ben. Als je net aan je eerste leidinggevende baan begint, althans ik, dan ben je wat onzekerder en dat onzekere probeer je soms een beetje te maskeren met iets formeler gedrag. Dus dat is er op een gegeven moment wel van af gegaan, op een gegeven moment ken je het reilen en zeilen van het management vak wel. Dus ik denk wel dat ik daarin ben veranderd.

Jeroen: En nog concreter, wat betekent dat?

Ellen: Hoe meer dat ik ook laten blijken dat ik– En ik vind van mezelf ook niet meer dat ik alles hoef te weten, of ook niet meer hoef te pretenderen dat ik van alle onderwerpen op de hoogte ben. Het heeft ermee te maken hoe je met de medewerkers omgaat, dus als je een manager bent, dat je ook niet per se formeler hoeft te zijn of hiërarchischer, maar dat je juist het contact moet proberen te vinden en in verbinding moet zijn met de collega’s. Mijn eerste managementfunctie was toen ik eind twintig was, ik denk dat ik daar toch wel anders in was, achteraf gezien. Het is wel leuk dat je die vraag stelt, want ik heb daar nooit zo bewust over nagedacht. Maar ik denk het wel.

Jeroen: Wat ik ook interessant vind aan managen is cross-cultural. Want nu stuur jij meerdere landen aan, Duitsland is een belangrijk land voor jou. Maar ook bij ABN AMRO had je natuurlijk grote groepen in India. Laten we die eens erbij pakken, hoe was het om grote groepen in India aan te sturen? Ging je daar dan vaak naartoe?

Ellen: Ja, ik ging er regelmatig naartoe. Ik denk dat ik ongeveer drieënhalf jaar die rol heb gehad en ongeveer vijftien keer daar geweest ben. Dus om de 2-3 maanden zat ik daar wel een kleine week. In het begin moest men heel erg wennen dat er een vrouw kwam, maar gaandeweg, door gesprekken met elkaar te voeren, door met elkaar een keer te gaan eten of een lunch te hebben, iets meer te weten te komen over persoonlijke situaties, de gezinnen thuis, daarmee wordt het op een gegeven moment wel persoonlijker, en ook door dingen uit te spreken. Dat was in het begin wennen voor de mensen in India, want die zijn wat minder gewend om dingen uit te spreken, maar ook door gewoon aan te geven, “We moeten er beide wat moois van maken, wat leuks. We hebben beide hetzelfde doel: de klant een mooie klantreis te geven. Dus laten we kijken hoe we elkaar daarin kunnen vinden en wat we ook daarin van elkaar nodig hebben.” Dus ook door dat gewoon te benoemen en te bespreken met elkaar ging dat geleidelijk aan steeds soepeler. Maar het blijft uiteindelijk een andere cultuur.

Jeroen: Moest je je dan heel erg aanpassen als manager? Of dacht je, “Ik ga gewoon door op de manier waarop ik manage”, vrij ‘Nederlands’; vrij direct en open?

Ellen: Ik heb me daar enigszins aangepast. Niet te veel, maar wel qua nuances aanbrengen in de boodschappen die je daar brengt of in de doelen die je wil bereiken en waarom. Dus daarin ben ik wel wat genuanceerder geweest dan ik in Nederland was. Maar ik heb ook niet te veel afgeweken van mijn eigen pad.

Jeroen: Dat doe je nu ook, in meerdere landen. Je zei in het begin Duitsland, Tsjechië, België, waar jullie zitten.

Ellen: Ja, dat klopt. En ook vooral veel vragen stellen. Je merkt gewoon aan sommige dingen, en dat kunnen de simpelste dingen zijn, sommige dingen worden anders ervaren, worden anders opgepakt of zitten anders door de cultuur. Dus dat ook gewoon met elkaar blijven bespreken.

Jeroen: Helder. Vragen stellen is leuk, hé?

Ellen: Ja!

Jeroen: Ik hou er ook van, dat is zeker leuk. Niet heel veel mensen doen het, uiteindelijk.

Ellen: Nee, dat klopt.

Jeroen: Veel mensen praten toch liever.

Ellen: Ja. Ik ben wat dat betreft eerder iets meer introvert dan extrovert, dus iets meer analyserend en vragenstellend. Maar dat is ook meer mijn primaire gedrag.

Jeroen: Dan zit ik toch in een heerlijke rol vandaag! En motivatie, wat zijn nou voor jou persoonlijk jouw drivers qua motivatie? Wanneer word jij echt heel enthousiast van je werk? Wanneer sta je ‘s morgens op en denkt, “Ik heb er zoveel zin in”? Wat zijn de dingen die dat maken?

Ellen: Dat zit voornamelijk in hele kleine en simpele dingen. Bijvoorbeeld elke dag proberen iets weer beter te maken dan wat het was. Het is misschien een cliché antwoord of een beetje saai, maar ik geloof er wel in, wanneer je het bewustzijn en de mindset met elkaar hebt dat je elke dag dingen beter kan maken voor de klant, dan kom je ook in zo’n vibe terecht met de organisatie en dan kan er heel veel gebeuren. Dat is voor mij anders dan wanneer je zegt, “We gaan twee hele grote projecten doen dit jaar.” Dat kan ook een heel mooi resultaat met zich meebrengen, maar ik geloof juist in die mindset dat alles elke dag iets beter kan.

Jeroen: Is het ook iets wat je vaak herhaalt bij je medewerkers, wat je nu vertelt?

Ellen: Ja, dat klopt.

Jeroen: En wordt dat meteen begrepen? Mensen denken vaak, “Laten we een grand project doen en we gaan de hele website omgooien” of “We gaan de achterkant helemaal opnieuw inregelen.” Mensen denken vaak niet, “Een klein stukje hier, weer een klein stukje daar.”

Ellen: Ja, daar is wel de kracht van herhaling voor nodig. Ik heb dat gemerkt bij ABN, maar ook bij Vesting Finance, en ook bij LYNX. Dat moet je gewoon vaak genoeg blijven zeggen en dan wordt dat onderdeel van de cultuur.

Jeroen: Is dat iets wat in jou zit of wat je geleerd hebt van iemand anders?

Ellen: Nee, dat zit in mij. Dat heb ik niet specifiek geleerd.

Jeroen: Heb je mensen gehad, zakelijk of privé, waarvan je zegt – met of zonder naam, dat maakt niet uit – “Daar heb ik echt veel aan gehad. Die hebben echt wel een belangrijke rol gespeeld in mijn loopbaan of hebben mij anderszins beïnvloed”?

Ellen: Toch wel een aantal. Ik had het net al heel kort over hem, mijn tweede teammanager bij a.s.r., die wat onconventioneel was. Die heeft op een gegeven moment ook tegen mij gezegd, “Wat ga je doen met je leven? Ga je je kwaliteiten benutten of wil je nog heel lang schadebehandelaar zijn? Als je je kwaliteiten wil benutten, mag je met me meelopen, maar dan moet je wel je best gaan doen.” Dus zo is dat begonnen en hij stuurde mij onderwerpen waarvan hij dacht, “Daar weet Ellen meer van dan ik”, en als dat in het MT werd behandeld, waar hij dan in zat, dan stuurde hij mij daar zonder vooraankondiging naartoe. Want hij vond het belachelijk dat je alleen als teammanager in een MT dingen mocht bespreken. Dan werd ik daar naartoe gestuurd, ik werd er soms net zo hard weer uitgestuurd, uit die MT-meeting. Maar ik heb wel van hem geleerd, “Je moet dingen blijven bevragen en dingen moeten logisch zijn. Niet altijd meegaan in de gevestigde orde als je niet begrijpt waarom iets op die manier gebeurt.” Dus dat is een hele belangrijke ervaring geweest die mij ver heeft gebracht. Daarnaast bij Alfam, daar heb ik tien jaar gezeten. Mijn laatste rol daar was een COO-rol en de CEO van Alfam, Jan Speksnijder, heeft daar iets van 17 jaar gezeten. Een hele stabiele man, een hele stabiele koers die hij gevaren heeft bij Alfam. Hij heeft mij de kans gegeven om te groeien tot de COO-rol in een MT waar ze zaten met vier mannen van in de vijftig die al iets van twaalf jaar met elkaar samen werkten. Wat ik wel mooi vind, ik heb hem toevallig vorige week nog gesproken, is dat hij mij de kans heeft gegeven en dat zij mij ook met z’n allen een warm onthaal hebben gegeven en open hebben gestaan voor alle ideeën die ik had. Ik was toch van een andere generatie, ik zat soms anders in de onderwerpen, en daar hebben ze ook echt met z’n allen open in gestaan. Dus achteraf denk ik, “Dat is niet altijd vanzelfsprekend, als je in zo’n samenstelling terecht komt.” Dus dat heeft me ook heel veel goeds gedaan en zelfvertrouwen gegeven.

Jeroen: Dat is een mooi voorbeeld, want toen – dat is alweer een tijd geleden – was het helemaal niet zo standaard. Nu is het misschien iets meer in zwang gekomen dat je dat doet. Toen liep je wel een beetje vooruit als het gaat om diversiteit en dat soort onderwerpen.

Ellen: Ja, al waren mijn voorgangers ook wel vrouwen. Maar zij vier zaten al redelijk lang met elkaar in het MT. Achteraf denk ik, “Het is wel bijzonder dat ze me op deze manier onthaald hebben en mij dingen hebben laten doen op mijn eigen manier.”

Jeroen: En privé? Zijn er mensen die heel belangrijk zijn voor je loopbaan?

Ellen: Uiteraard Hendrik-Jan, mijn man. Hij heeft mij altijd gestimuleerd in de zin van als er een kans voorbij kwam en als ik soms verstijfde van, “Is dat te doen met hele kleine kinderen? Hoe gaan we dat doen?”, hij heeft ook een fulltime baan, hij heeft altijd gezegd, “Als je het wil doen, we krijgen het thuis wel geregeld, ga ervoor.” Dus dat heeft mij wel geholpen in de stappen te zetten. Thuis waren de kleine dingen dan wat minder geregeld, maar dat maakte ook niet uit. Dat namen we voor lief. Maar het scheelt wel heel erg als je die steun vanuit thuis hebt.

Jeroen: Ja, dat kan ik me helemaal voorstellen. Een vraag die altijd als moeilijk ervaren wordt, ik ga je hem daarom natuurlijk wel stellen, gaat over trots. Als je nu naar je carrière kijkt tot nu toe, waar ben je nou zelf echt trots op? Dus niet je team of je mensen, maar waar ben je zelf echt trots op?

Ellen: Dat is iets wat met mijn opvoeding heel lastig is om te benoemen. Ik ben niet zo heel snel trots. Maar als ik dan toch iets moet zeggen, het eerste wat in mijn hoofd nu naar boven komt – je gaf het tijdens de introductie al aan – ik ben op een gegeven moment bedrijfskunde gaan doen aan de universiteit van Groningen, dat was tijdens een fulltime baan bij Alfam. Eén dag per week ging ik dan tot en met ‘s avonds naar het college en dan had ik een studiedag. Ik was net met die studie begonnen en toen werd ik zwanger van Hugo. Niet heel veel later werd ik ook zwanger van Katie. Toen heb ik het wel echt pittig gehad. Een fulltime baan, een studie, alle onderzoeken die we moesten doen, tentamens, twee baby’s thuis en tegelijkertijd had ik ook zoiets van, “Ik heb de kans gekregen van mijn werk. Mijn werk heeft erin geïnvesteerd.” Dat was een vrij dure opleiding, dus dan ben ik ook wel streng voor mezelf, dan moet ik ook zorgen dat ik hem haal. Dan ga ik niet zonder diploma de opleiding verlaten. Het heeft me heel veel tijd en energie gekost. Uiteindelijk ben ik er dan wel trots op dat ik bijna in eerste lichting mijn bill heb gehaald waar ongeveer de helft van mijn groep het uiteindelijk niet meer gehaald heeft. Maar het zat constant in mijn hoofd, het heeft me echt heel veel energie gekost.

Jeroen: Daar heb je wel wat doorzettingsvermogen voor nodig. Die dingen combineren op zich, daar kun je waarschijnlijk al fulltime mee bezig zijn. Je werk, je privé, je hebt jonge kinderen en de studie. Dus dat kan ik me voorstellen.

Ellen: Ja.

Jeroen: Dat is toch eigenlijk best een makkelijk antwoord op de trots-vraag! Dat valt niet tegen. Waar ik het ook met je over wil hebben, als we even terugkeren naar jouw huidige CEO-rol bij LYNX, om daar eens een teaser in te gooien, en daarna ook de pleaser die altijd hetzelfde is, zoals je weet. Maar de teaser gaat altijd over het bedrijf. Wat ik heb opgeschreven is: Uiteindelijk zijn die marges in die hele broker-wereld gewoon dun. Het is niet dat je voor elke transactie honderden of meer euro verdient. Dus uiteindelijk, partijen zoals LYNX – ook al is 65.000 klanten, zoals je in het begin zei, veel, het is natuurlijk ook weer niet de wereld als je kijkt naar de Europese markt of Nederland. Dus de teaser is: De marges zijn zo dun dat uiteindelijk LYNX toch verkocht zal worden of ingelijfd zal worden door een grotere partij. Ben je het daarmee eens?

Ellen: Nee, niet helemaal. De marges zijn inderdaad dun, ons klantenbestand is ongeveer 65.000 klanten. Dat is klein vergeleken met het aantal grote marktpartijen in Nederland. Maar als introducing brokers zijnde is het echt een aanzienlijk mooi aantal. Ons voordeel is dat we ons richten op de actieve en ervaren beleggers, dat zijn ook juist de klanten die heel veel handelen. We hebben onder andere veel optiehandelaren als klanten. Dus ook al zijn de marges klein, per transactie worden de commissiekosten betaald. We hebben een redelijk overzichtelijk verdienmodel, waardoor we overal een heel mooi resultaat behalen.

Jeroen: Dus eigenlijk, in mijn woorden en jij moet maar zeggen of het klopt, is jouw argumentatie, “Het hoeft in ieder geval niet te gebeuren. Het kan, maar het hoeft niet te gebeuren omdat we een hele sterke niche hebben waar we in zitten”?

Ellen: Ja. Ik zeg niet dat het niet gebeurt, dat we nooit ingelijfd zullen worden, maar op dit moment speelt dat absoluut niet. Het is ook niet één van onze eigen strategieën om daarnaar op zoek te gaan. Maar ik sluit nooit iets uit, dus dit ook niet. Maar het is zeker geen vanzelfsprekendheid.

Jeroen: Dus cruciaal zal zijn, als ik dan even mee denk, dat je altijd onderscheidend blijft voor die niche, voor die vermogende belegger, dat je altijd extra’s biedt om jezelf van de massa brokers – om ze zo maar even oneerbiedig, want dat bedoel ik niet verkeerd, te noemen – te onderscheiden.

Ellen: Ja, inderdaad. Dat klopt.

Jeroen: Dat is helder. Aan de pleasende kant vragen we altijd hetzelfde, namelijk: Heb je bepaalde boeken? We hebben ook altijd de vraag: Lees je graag of juist niet? Maar heb je een boek of boeken waarvan je zegt, “Die hebben mij geïnspireerd” of “Die geef ik vaak” of “Daar denk ik vaak aan”?

Ellen: Ja, ik heb vorig jaar in de vakantie een heel mooi boek gelezen, dat is Een klein leven van Hanya Yanagihara. Ik weet niet of ik haar naam goed uitspreek. Dat heb ik vorig jaar in de vakantie gelezen, een dikke pil van ongeveer 700 pagina’s. Dat zit nog steeds in mijn hoofd. Het begon eigenlijk als een simpel romannetje, zo leek het, over vier vrienden die in New York wonen en elkaar al dertig jaar kennen. Maar geleidelijk aan word je in dat boek steeds meer meegenomen in de gebeurtenissen die plaats hebben gevonden in hun jeugd en waarvan ze niet altijd op de hoogte zijn van elkaar. Dat boek liet mij zien hoe mooi het leven kan zijn, maar ook hoe wreed of rauw het leven kan zijn. Soms dacht je echt, “Jeetje, wat is het mooi allemaal wat ze hebben”, en op sommige momenten biggelden de tranen over mijn wangen, wat ik eigenlijk bijna nooit heb met een boek. Dus ik vind dat echt wel een aanrader.

Jeroen: Wauw! Ik heb er nooit van gehoord, ik ben benieuwd.

Ellen: Echt een aanrader.

Jeroen: Ik krijg altijd veel boekentips hier, dus ik heb veel te lezen. Dit klinkt heel interessant, inderdaad. Wat mooi! Lees je zelf veel?

Ellen: Ik lees niet veel. Ik lees wel graag, maar niet veel, helaas.

Jeroen: Tijd?

Ellen: Ja. Tijdens vakanties probeer ik wel altijd een paar boeken te lezen. Dan neem ik me altijd voor, “Ik ga wat vaker lezen”, maar in de praktijk komt er niet zo heel veel van terecht.

Jeroen: Zeer herkenbaar onder CEO’s, bijna allemaal lezen ze graag en bijna allemaal komen ze er niet toe. Ook omdat ze voor hun werk natuurlijk al zoveel moeten lezen.

Ellen: Ja.

Jeroen: Als je kijkt naar de luisteraars die nog moeten beginnen aan hun werkzame leven of daar net aan begonnen zijn, wat zou jij hen als tips meegeven?

Ellen: Voornamelijk: Ga doen wat je leuk vindt, ga kijken wat je kwaliteiten zijn, waar je energie van krijgt en ga je daarin verder ontdekken. We worden natuurlijk steeds ouder, volgens mij is bij de jongste generatie de verwachting al dat ze honderd of ouder gaan worden. De pensioenleeftijd gaat omhoog en ik vind soms dat er vanuit de samenleving heel veel druk op de jongeren ligt, om je studie goed te doen, dat zo snel mogelijk te doen om zo snel mogelijk geld te gaan verdienen. In de praktijk zie je dan dat de jeugd van tussen de 20-25 al serieuze banen heeft. Het kan zomaar zo zijn dat je straks dan vijftig en zestig jaar aan het werk bent. Dan denk ik, “Gun jezelf ook de rust en de tijd om te ontdekken wat je leuk vindt.” We wonen in Nederland, dat is een heel mooi land met heel veel mogelijkheden qua studies. Maar we hebben ook het geluk dat we zonder restricties en beperkingen heel veel landen in de wereld kunnen zien. Dus probeer ook de wereld daarbij te ontdekken, in ieder geval als je daarvoor interesse hebt, maar ook qua mogelijkheden, qua studies en of je nou graag in de praktijk werkt of theoretisch graag aan de slag gaat. Kijk waar je energie van krijgt.

Jeroen: Dat is prachtig verwoord! Maar als je dit nu tegen jezelf zou zeggen, die daar bij dat uitzendbureau bezig is om de baan bij a.s.r. aan te nemen, heb je daar een beetje naar gehandeld, denk je? Of denk je dat het ook een goede tip voor jou was geweest?

Ellen: Ik heb ernaar gehandeld in de zin – maar dat was meer geluk dan wijsheid toen, want ik heb er toentertijd niet zo over nagedacht – ik ben wel die wereldreis gaan maken, waar ik echt met zoveel plezier nog op terugkijk, dus dat zou ik iedereen gunnen. En uiteindelijk, ook al zat het niet in de aard van het beestje dat ik die tien maanden sabbatical heb genomen voor mezelf, ook al had ik geen andere baan, ik geloof er altijd wel in dat er altijd weer wat op je pad komt. Ik ben wel positief gestemd, ik heb een positief gestemd karakter. Dus ik heb daar enigszins naar gehandeld.

Jeroen: Enigszins, mooi!

Leaders in Finance met Jeroen Broekema.

Jeroen: Heb jij ook mensen die jij binnen of buiten het bedrijf coacht?

Ellen: Nee, op dit moment niet.

Jeroen: En andersom, laat jij je coachen?

Ellen: Nee, ook niet.

Jeroen: Is dat iets wat je wel zou willen doen, denk je?

Ellen: Ja, ik heb verschillende coaches gehad, en daar heb ik altijd hele prettige ervaringen mee gehad. Het houdt je scherp, het laat je nadenken, soms kom je weer tot andere inzichten. Dus dat is zeker iets waar ik open voor sta. Afgelopen anderhalf jaar, sinds ik bij LYNX zit, heb ik daar de tijd en rust niet voor genomen. Maar een hele goede vraag, goed om nog eens op te gaan pakken!

Jeroen: Ik weet het niet, het moet inderdaad ook net passen in het moment en de persoon die daarbij past, natuurlijk. Ik wil het ook met je hebben over privé en werk, in hoeverre je dat kan scheiden of dat het één is. Dat vind ik interessant om te bespreken, en ook hoe jij dat doet. Hoe zorg je dat in een hele drukke baan waar veel mensen iets van je willen je toch ook tijd houdt voor je man, voor je kinderen, voor je vrienden, et cetera?

Ellen: Ik heb altijd fulltime gewerkt, dus ik weet soms ook niet beter dan hoe het is om niet fulltime te werken. Daarin hebben Hendrik en ik altijd een goede balans weten te vinden. Waarbij het uiteraard zo is dat de ene soms veel drukker is dan de ander en andersom. Dus soms is het ook heel hectisch, maar we proberen daar wel echt de tijd in te nemen door een weekendje weg te gaan, geregeld een hapje te eten samen. We vinden het allebei ook echt belangrijk om zo nu en dan een tripje te maken, hij met vrienden en ik met vriendinnen. De zomervakantie doen we altijd met z’n vieren, een iets minder voor de hand liggend vakantieland. Daar gaan we met z’n vieren altijd doorheen trekken zodat we alle tijd voor elkaar hebben. Daarnaast probeer ik ook te sporten. Ik deed dat vaker dan nu, dus ik moet dat weer gaan oppakken, maar ik ben nu nog één keer per week met een personal trainer bezig met twee vriendinnen om fit te blijven. We proberen ook wel op ons eten te letten. Zelf geloof ik altijd heel erg in ‘slapen is het halve werk’. Ik heb het voordeel dat ik niet snel gestrest ben, dus ik slaap altijd goed. Ik probeer toch wel die minimum zeven uur slaap per nacht aan te houden.

Jeroen: Daar ben je voor jezelf ook streng in, dat je zegt, “Nu ga ik gewoon slapen”?

Ellen: Ja, het kan weleens zo lopen dat het een keer zes uur wordt of iets dergelijks. Ik heb geen vaste tijden, maar op een gegeven moment denk ik wel, “Ik ga lekker slapen” en dan is de verleiding soms groot om nog iets anders te gaan doen, bijvoorbeeld om nog even op de telefoon te zitten of nog even iets te lezen of nog even iets te kijken. Maar dan kan ik wel zeggen, “Nee, ik wil lekker slapen, dan heb ik zeven tot acht uur slaap.” Dan slaap ik ook bijna meteen in.

Jeroen: Dat niet zo snel gestrest raken, dat is natuurlijk iets wat heel veel mensen graag zouden willen. Is dat de aard van het beestje of heb je dat jezelf ook eigen gemaakt, om je niet snel druk te maken over dingen?

Ellen: Nee, dat is echt de aard van het beestje.

Jeroen: Dat is jammer; daar kan je niks van leren!

Ellen: Ik ben me daar de afgelopen jaren steeds meer bewust van geworden, want je hebt dat van jezelf niet in de gaten. Maar ook als ik met vriendinnen aan het sparren ben en wat je in je werkomgeving ook meemaakt, ik heb het geluk – en ik geloof echt dat het de aard van het beestje is – dat ik niet snel gestrest ben en dat ik goed kan relativeren.

Jeroen: We zeiden het al in de introductie, je bent 46, er is dus nog heel veel mogelijk qua loopbaan. Heb je er op de lange termijn een beeld bij wat je zou willen?

Ellen: Nee. Ik heb die vraag wel vaker gehad en het voelt soms alsof je daar dan een antwoord op moet hebben, maar ik heb daar geen antwoord op. Ik weet ook, hoe ik nu bij LYNX terecht ben gekomen, ik had vijf jaar geleden nooit kunnen bedenken dat ik CEO bij LYNX zou zijn. Dus ik ben ook wel het type om dingen op me af te laten komen, of de kansen die voorbij komen te grijpen. Ik ben niet heel erg van het vooruit plannen waar ik over vijf of tien jaar wil staan.

Jeroen: Het is niet helemaal toevallig dat je in de financiële sector gebleven bent, of wel? Ben je eigenlijk gewoon van het ene in het andere gerold? Of zit er iets in dat je er een bepaalde connectie mee hebt gekregen?

Ellen: Ik heb er wel een bepaalde connectie mee gekregen. Op een gegeven moment zit je wat langer in een sector en je netwerk bestaat dan ook voor een groot gedeelte uit mensen uit de financiële sector. Op die manier komen dan ook weer volgende kansen voorbij. Dus ik denk wel dat het dan een logisch vervolg is.

Jeroen: Vind je het op zich boeiend? Boeiender dan andere sectoren, of is het inderdaad echt dat random verhaal? Daar hebben we het vaker over gehad tijdens dit gesprek, dat is toch wel interessant om daarop in te zoomen. Heb je bepaalde dingen die je echt heel boeiend vindt aan die sector? Dit is toch Leaders in Finance.

Ellen: Ik vind het zeker een boeiende sector, want ik zou nooit in een sector zijn gebleven die ik niet zo boeiend vond of waarin ik me niet zou vermaken. Het mooie aan de financiële sector is dat er zoveel gebeurt en het is nooit af. Als je kijkt naar wet- en regelgeving, qua verbeteringen, qua klantervaringen; je kan altijd mooie dingen doen in de financiële sector. Dus ik vind het een hele boeiende sector, ik kan me heel goed voorstellen dat het vervolg van mijn loopbaan ook binnen de financiële sector plaats zal blijven vinden.

Jeroen: En qua nevenfuncties, lijkt het je ook leuk om op een bepaald moment bijvoorbeeld commissaris te worden bij bedrijven?

Ellen: Ja. Ik zei niet dat ik niet te ver vooruit plan, maar dat is wel iets dat op een gegeven moment op mijn lijstje staat.

Jeroen: Toch een vorm van planning ontdekt!

Ellen: Ja!

Jeroen: Dat is mooi, leuk! En privé, heb je daar nog dingen waar je in de toekomst naar kijkt en zegt, “Dat zou ik weleens een keer willen op een zeker moment”?

Ellen: Ik hou ontzettend veel van reizen. Met mijn man, Hendrik, heb ik ook een aantal mooie reizen gemaakt. Vervolgens, toen de kinderen klein waren, zijn we een aantal jaren naar Italië geweest en vanaf Katie zeven was zijn we gaan rondtrekken. Toen zijn we een maand door India gaan rondtrekken. Dat is wel iets waar we met z’n vieren van houden, de kinderen zijn ervan gaan houden. Dus ik heb zeker nog een mooie lange reis op mijn wensenlijstje staan om op te pakken.

Jeroen: Kijk aan! In welk land wordt dat dan, denk je? Welk deel van de wereld?

Ellen: Ik ben verzot op Zuid-Amerika, dus dat zou zomaar weer Zuid-Amerika kunnen zijn.

Jeroen: Kijk aan! Tot slot: Heb je nog iets waarvan je zegt, “Jeroen, ik vind het jammer dat je dat niet gevraagd hebt”, of “Daar zou ik het graag nog eens over willen hebben”?

Ellen: Nee, niets wat me nu te binnen schiet.

Jeroen: Dan rest mij jou heel erg te bedanken. Wat ik in het begin al dacht dat zou gebeuren, is toch dat ik weer heel veel dingen heb nieuw gehoord, ook al ken ik jou al een tijd. Hartstikke leuk! Heel erg bedankt voor je tijd en voor je openheid over LYNX, over je privé en alles daar tussenin. Ik wijs er nu naar, dat kunnen luisteraars niet zien, maar met dank aan Bocca Coffee, een B-corp gecertificeerd koffiebedrijf, krijg je zo meteen een bedankje. Nogmaals heel veel dank en ik ben erg benieuwd wat je allemaal nog gaat doen, ik blijf dat zeker volgen!

Ellen: Onwijs leuk, dank voor de uitnodiging nogmaals!

Dit was Leaders in Finance, we hopen dat je deze aflevering met veel plezier hebt beluisterd. We stellen je feedback erg op prijs. Wat houdt je bezig en over wie wil je meer horen? Laat het weten via een Apple of Google review. Dat kan ook via de social media kanalen of direct via een email. We kunnen het enorm waarderen als je dat doet. Tot slot danken we onze partners voor hun steun, dat zijn Kayak, EY, Odgers Berndtson executive search en Roland Berger. Bedankt voor het luisteren!

Door deze site te gebruiken ga je akkoord met het plaatsen van cookies. Meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten