Transcriptie: Joachim Goyvaerts
Onze gast deze aflevering zag CEO worden niet als doel op zich, maar heeft zich wevend door de wondere betaalwereld bewogen. “In die zin is de betaalwereld ook groot genoeg om er net niet in te verdwalen. Maar op zich heb ik ook wel gedacht: Zou ik eens aan de klantkant willen staan? Maar dan ga je de betaling beheren bij zo’n klant en dan word je nog meer betaalnerd. Terwijl ik me altijd wel heb gezien als een generalist.” Hoe heeft onze gast dankzij muziek beter leren presenteren? “Dus in die zin neem je ook mee dat als je op een podium moest staan, dat je door moet spelen, ook al maak je een foutje.” En het lijkt haast een thema te worden bij Leaders in Finance, ook deze gast haalt enorm veel energie uit hardlopen. “Ik ben dan ook gewoon gefocust op je hartslag en op de omgeving. Dat is echt fantastisch, letterlijk runner’s high, als je op de top van een berg aan het lopen bent.” Onze gast is de kersverse CEO van European Merchant Services, beter bekend als EMS, Joachim Goyvaerts. Je host is Jeroen Broekema.
Jeroen: Welkom bij een nieuwe aflevering van Leaders in Finance, deze week met Joachim Goyvaerts, de CEO van European Merchant Services, oftewel EMS. Welkom, Joachim!
Joachim: Dankjewel!
Jeroen: Leuk dat je de tijd neemt om met Leaders in Finance in gesprek te gaan. Ik zal je introduceren. Zoals gezegd, Joachim is de CEO van European Merchant Services (EMS) en is dat sinds 1 augustus 2022. Dus heel recent. Joachim Goyvaerts is een Belg, met een succesvolle, twintigjarige carrière in de betalings- en financiële sector. Voorafgaand aan zijn huidige benoeming vervulde Joachim acht jaar lang verschillende rollen bij PayPal, laatstelijk als Director Benelux & Ireland. Daarvoor werkte hij voor onder andere KBC, de bank-verzekeraar, en Worldline. Joachim studeerde Economie aan de KU Leuven en deed ook een post master opleiding in de marketing aan de Vlerick Business School. Hij is 44 jaar, woont in Hoegaarden met zijn vier kinderen en werkt en woont deels in Amsterdam. Joachim, dan hebben we al een start en basis over jou en wat je doet. Ik wil heel graag EMS leren kennen, om daarmee te starten. Zoals luisteraars weten doe ik dat heel graag aan de hand van de verschillende stakeholders. Zullen we eens beginnen bij jouw medewerkers/collega’s als stakeholder?
Joachim: Ja, een heel goed idee. Want uiteindelijk draagt de organisatie op het team. EMS is een team van 140 mensen. Wat wel belangrijk is om direct daarbij te vermelden, is dat er bijna dertig nationaliteiten zijn bij EMS. Dus wij bieden digitale betaaloplossingen aan merchants in Europa, zowel in de Benelux, MKB-klanten, als je een winkel of een online shop hebt, kunnen wij de betaling voor jou faciliteren. Onder de motorkap zijn wij vaak een processor voor grotere partijen, ook partijen in de betaalindustrie. Dus daarom zijn wij een lokaal team, maar toch met een diverse inslag. En met die 140 mensen coveren we eigenlijk heel veel. Dat is ook wat ik nu merk in die bijna twee maanden dat ik bij EMS zit, er zit wel heel veel expertise in huis, we hebben ook heel veel te coveren, er is heel veel te doen. Dus dat is zeker een uitdaging, maar ik merk wel dat de mensen zeer veel energie hebben om er iets van te maken.
Jeroen: De voertaal is dus wel Engels, denk ik?
Joachim: Ja, de voertaal is Engels. We hebben ook internationale klanten, maar uiteraard, als we onder Nederlandstaligen zijn, wordt er Nederlands gesproken.
Jeroen: Ja, dat snap ik wel. Maar daar moet je mee oppassen, met dertig nationaliteiten. Je raakte al een andere stakeholder, de klanten. Kan je nog iets specifieker zijn wat voor soort klanten dat zijn en misschien hoeveel dat er zijn?
Joachim: EMS heeft 30.000 klanten in de Benelux, dus vooral MKB, voor wie we dan gewoon de pin-transacties, de debit card transacties en ook de credit card transacties verwerken. Daarnaast hebben we een portefeuille van meer corporates en partners, waar we dus, zoals gezegd, meer onder de motorkap de betalingen verwerken. Daarachter kunnen dan ook weer vele honderden of duizenden klanten zitten.
Jeroen: Een andere stakeholder, de toezichthouders. Onder welk regime vallen jullie en onder welke toezichthouders zijn dat?
Joachim: Een zeer goede vraag en zeer relevant dezer dagen, ook in een markt als Nederland, waar natuurlijk heel veel aandacht is voor toezicht. We zijn een gereguleerde en gecertificeerde betaalinstelling, dus onze toezichthouder is de DNB. Maar ik denk dat je toezichtrisicobeleid vandaag als een betaalinstelling ook breder moet zien. Want je zou denken, “Betalingen verwerken, hoe moeilijk kan dat zijn?” Het is een beetje een telraam en je schuift bedragen van links naar rechts. Maar ik denk dat we een hele belangrijke functie hebben en dat de hele kern is om de risico’s ook te beheren die rond betalingen hangen. Dus enerzijds samenwerken met de DNB en het opschroeven van de verwachtingen die zij naar ons hebben als poortwachter, maar daarnaast verwerken we ook betalingen ook vanuit schema’s, uiteraard de Visa’s en Mastercards. Maar ook bijvoorbeeld iDeal, die nu ook komen met nieuwe verwachtingen. Dus dat is een onderwerp, dat is geen groot geheim, maar dat enorm aan belang heeft gewonnen. In die zin is het echt cruciaal, en je ziet dat ook in de manier waarop we de organisatiestructuur nu aan het uittekenen zijn, dat we heel veel aandacht hebben voor toezicht en dat we dat op een schaalbare manier kunnen doen.
Jeroen: Hebben jullie alleen met DNB van doen, of ook met de toezichthouders bijvoorbeeld in België of Luxemburg?
Joachim: Nee, zo werkt eigenlijk toezicht in Europa, als je gevestigd bent in een land, dan is het de lokale toezichthouder. We hebben een licentie voor de Europese economische ruimte, maar dan is het de Nederlandse toezichthouder die dat borgt.
Jeroen: Helder. Met wat voor soort andere partijen werken jullie allemaal samen? Wat voor soort leveranciers of partnerships hebben jullie?
Joachim: Ik denk dat dat ook een stukje gekoppeld is aan onze aandeelhoudersstructuur. EMS is een joint venture van ABN AMRO en Fiserv. ABN AMRO zit in zo’n partnership, in zo’n joint venture omdat ze een dienst willen verlenen aan hun klanten. Betalingen verwerken, een makkelijke oplossing bieden aan ondernemers, dat is een vak apart en meer en meer een specialisatie die voor een generieke bank soms een stapje te ver is. Dus enerzijds leveren ze ons klanten, zou je kunnen zeggen, ze verwijzen klanten door. Natuurlijk hebben ze daar heel veel aandacht voor de kwaliteit, de reputatie, de zorg die we daar in stoppen. Aan de andere kant heb je Fiserv, die is misschien niet altijd heel bekend. Fiserv is bij de allergrootste verwerkers van betaaltransacties in de wereld. Ze bieden heel veel technologie daar omheen, niet enkel het hele pure verwerken van die betalingen. Ze doen dat voor banken en ze doen dat ook aan de handelarenkant, aan de merchant kant. Ik zeg handelaar als Belg, als Vlaming. Ik weet het, in Nederland klinkt dat niet zo goed. Dus je gaat me daar nog weleens op betrappen. Dus Fiserv zit daar aan de technologiekant en heeft zich ook gerealiseerd in de voorbije jaren dat daar natuurlijk heel veel innovatie gebeurt. Bijvoorbeeld leren ze ons een technologie, die heet Clover. Clover is zogezegd de nieuwe realiteit van een betaalautomaat. Software eats the world en daar kunnen we het misschien weleens over hebben, maar zij leveren ons dat soort innovatieve oplossingen. Ze helpen ons ook in risicotoepassingen en dergelijke. Van daaruit hebben we eigenlijk een hele goede aanvoer van wereldklasse technologie en die kunnen we dan combineren met de lokale slagkracht van de bank. Dat is eigenlijk het concept; Fiserv heeft een aantal joint ventures op die manier opgezet in Europa, onder andere in Duitsland met Deutsche Bank en in Ierland met AIB Bank, om de combinatie van de distributiekrachten en technologie in de markt te gaan zetten. Dat is eigenlijk waar EMS nog heel veel potentieel op heeft.
Jeroen: Helder. Om die stakeholder eigenaren helemaal duidelijk te hebben, zijn Fiserv en ABN AMRO de enige aandeelhouders of zijn er nog meer partijen die erin zitten?
Joachim: Nee, het is echt een joint venture van die twee aandeelhouders.
Jeroen: En sinds wanneer? Weet je dat?
Joachim: ABN AMRO is ingestapt in 2015. EMS bestaat in verschillende gedaanten al meer dan twintig jaar, maar initieel was het International Card Services (ICS), ook in Nederland, die de Visa Card uitgaf en die ook aandacht had van, “We hebben ook een acceptatienetwerk nodig, dus ook de ondernemerskant moeten we gaan inrichten.” Van daaruit is eigenlijk EMS initieel gegroeid.
Jeroen: Helder, duidelijk. Als je kijkt naar de stakeholder concurrenten, altijd leuk om het daarover te hebben, natuurlijk. Of niet. Maar wat voor soort partijen zitten er in jouw veld of domein?
Joachim: Dat combineert ook weeral met wie onze partners zijn. De wereld van betalingen is een netwerkwereld, dus je bent soms elkaars partner, je bent soms elkaars concurrent. Dat is trouwens ook iets waar ik al heel veel mee te maken heb gehad sinds ik in die wereld ben ingerold. Hoe ga je daar de lijnen trekken en hoe ga je de spelregels zuiver houden? Want uiteindelijk kom je elkaar constant tegen en wil je dat op een goede en correcte professionele manier doen. Je hebt de online spelers, je hebt de offline spelers. Dan denk je in Nederland aan de namen die altijd top of mind zijn, dat zijn Adyen en Mollie op dit moment. Maar je hebt ook Worldline, die een zeer grote speler is, die bijvoorbeeld ook gisteren nog een aankondiging heeft gedaan van een participatie in een online betaalplatform. Dus die zijn zeker zeer aanwezig in de markt, ook in CCV. En dan heb je ook PSPs die eigenlijk met ons concurreren rond ons online aanbod. Maar opnieuw, wij leveren ook diensten, EMS was ooit de eerste acquirer, dus de kaarttransactieverwerker achter Adyen, toen Adyen zelf nog geen licentie had. Zo zie je dat die verhoudingen constant evolueren en dat is ook iets waar EMS zich in moet positioneren.
Jeroen: Hoe een grote vis zijn jullie nou in die vijver, of hoe klein? Hoe zien jullie jezelf? Die 30.000 klanten klinken als heel veel, maar in die wereld is het misschien wel klein, ik weet het niet.
Joachim: Er is nog heel veel potentieel, dat is zeker. We zijn wel onderschat, denk ik. Dat is wel het gevoel dat ik heb. Ik merk dat ook inderdaad bij het gevoel van het team, eigenlijk onderschat men ons wel een beetje. We zijn niet de partij die het hardst heeft geroepen in uiteindelijk ook een context van de voorbije vijf jaar waar heel veel groeigeld naar fintech is gegaan. Dat heeft het allemaal wel wat aangeblazen en die partijen hadden ook vaak wel de nood om heel hard te gaan communiceren. Dat heeft EMS minder gedaan waardoor je misschien denkt, “Waar zitten ze juist?” En dat is wel één van de punten waar we op gaan werken. Als we het voorbeeld nemen van Clover, Clover heeft een technologie die in de US meer klanten heeft dan Blocksquare. Ze hebben meer dan twee miljoen winkelpunten waar je Clover ziet staan. Dus toen ik aan de kinderen vertelde dat ik van PayPal naar EMS ging, dan zeiden ze, “Wie is dat weer?” Ik heb wel vijf keer die naam moeten herhalen van EMS. We hadden het geluk om op vakantie te zijn in de US deze zomer en daar kon ik wijzen. Ik zei, “Hier staat Clover.” Dan snapten ze het ineens, natuurlijk. En die kwam je best wel veel tegen. Hetzelfde geldt een beetje binnen Fiserv, die waardering van Clover binnen Fiserv, er zijn investeerders die nu zeggen, “Jullie zijn veel meer waard, want als we alleen al naar de waarde van Blocksquare kijken, jullie zijn eigenlijk groter. Dan zouden jullie dus veel meer waard moeten zijn.” Dat is een verhaal dat ik laat aan de Wall Streets van deze wereld, maar ik kan het wel een beetje vertalen naar EMS, uiteindelijk zijn we wat onderschat. We hebben heel veel mogelijkheden beschikbaar in de tent, maar we moeten die beter naar buiten kunnen dragen en schaalbaar maken.
Jeroen: Ben je zelf dan ook van plan om de merknaam iets meer naar buiten te brengen en naar buiten te treden?
Joachim: Ik denk altijd dat dat verhaal uiteindelijk in functie staat van welke waarden je echt levert aan je klanten. Ik denk dat we nu vooral moeten kijken, “Hoe maken we een mooie oplossing, hoe maken we het leven gemakkelijker van onze klanten? Hoe gaan we dat dan uitdragen?” Het merk daarbij, we zijn geen fast-moving consumer goods bedrijf, dus voor ons zal dat functioneel zijn, inderdaad ondersteunend aan het bekend maken. Maar we hebben de kracht van een ABN AMRO merk dat ons klanten kan aanbrengen en we kunnen daar zeker nog zelf iets aan toevoegen. Het belangrijkste is dat we een eigen identiteit gaan opbouwen van, “Wie is EMS nu juist?”, dat ook mensen die bij ons willen komen werken zich realiseren, “Eigenlijk is dat toch wel een partij die wel relevant is. Je mag die niet onderschatten, ze hebben wel wat te bieden.”
Jeroen: Helder. Je noemde al even ABN AMRO, want daar wilde ik nog iets over vragen. Hoe werkt dat nou precies? ABN AMRO levert klanten aan, maar ik neem aan dat jullie ook klanten hebben van alle banken?
Joachim: Ja, zeker. Dus in die zin moet je dat mentaal wat scheiden. Je hebt het aandeelhouderschap wat eigenlijk het principe is van de joint venture en daarnaast opereren wij inderdaad onafhankelijk en is ABN AMRO een belangrijke commerciële partner van EMS. Maar dat is bijlange niet exclusief. We hebben ook veel klanten in België, bijvoorbeeld. Dus daar speelt dat niet. Het is een extra troef die we hebben, die we zeker nog verder gaan ontwikkelen, maar die niet uitsluitend zo is.
Jeroen: Op de website staat wel klein eronder iets in de trant van, “Powered by” of “In samenwerking met een ABN company” of zoiets dergelijks.
Joachim: Ja, a ABN AMRO Fiserv joint venture.
Jeroen: There you go. Dus dat dragen jullie wel uit?
Joachim: Ja, zeker. Ik denk dat we daar ook trots op kunnen zijn.
Jeroen: Helder. Zoals ik in de inleiding zei, heb je enorm veel ervaring in die betalingshoek van de financiële sector. Hoe is dat ooit zo gekomen? Was je dat altijd al van plan?
Joachim: Ik heb altijd gezegd dat ik nooit voor een bank wou gaan werken. Daar ben ik redelijk slecht mee bezig. Ik ben daar echt heel onbewust ingerold. Toen ik van de businessschool afkwam, was ik nog steeds nog maar 22 jaar. Dus ik wist eigenlijk nog niet goed hoe de wereld in elkaar zit. Ik wou bewust mijn opties openhouden en bij mijn eerste baan was ik op zoek naar een combinatie van die marketing, eigenlijk eerder B2B, en technologie. Ik had ook wel door, “De klassieke marketing, alleen al de communicatie, de agencies, dat is niet mijn ding.” Ook fast-moving consumer goods, dat lag mij niet zo. Ik was heel geïnspireerd door Johan van Genechten, die een bedrijfje had, 4C Consulting, en die zochten mensen en ik ben daar dan gestart als CRM business consultant, strategie, met een groot woord. Het fijne was, ik was 22 en alle andere mensen waren een stukje ouder en toen ik daar drie jaar later vertrok, was ik nog steeds de jongste in dat bedrijf. Ik heb daar ook heel veel kunnen leren van oudere ervarene collega’s. Dan was het een beetje kijken van, “Wat gaan we met die junior doen?” Dan kwam ik terecht bij een project van ING in België, voormalig BBL. Die hadden echt het idee om een totale omslag te maken van die product silo’s doorduwen van beleggingsproducten of spaarproducten enzovoort naar klantbenadering van klantensegmentatie. Ik zat dan meer te kijken naar klantenanalyses, segmentaties en hoe je die kunt uitvoeren en toepassen in marketing en sales. Want campaign management en dat soort dingen waren mijn domein. Daar heb ik mij heel goed in uitgeleefd, dus eigenlijk ook wel heel veel over de bank business leren kennen, ik had toen zelfs de vrijheid om zestig kantoren één jaar lang volledig aan te sturen volgens die nieuwe methodologie en te testen. Ook de menselijke factor, change management zat daarin, systemen, marketing. Dat was eigenlijk enorm veel vrijheid. Ik weet niet of je dat nu nog zo gemakkelijk zou gedaan krijgen. Dus dat was natuurlijk een fantastische speeltuin. Maar dan had ik ook wel door, wat heel vreemd is, dat geen enkele bank een customer service afdeling heeft. Ik wou mezelf ontwikkelen in functie van de klant en klantgerichtheid. Ik wou dus wel customer service leren kennen, ook al wist ik dat dat een taaiere, meer operationele wereld is. Dan had ik een baan gevonden bij het toenmalige Banksys, nu een deel van Worldline, die toen het elektronisch betalen voor retail in België beheerde, dus ook Bancontact als schema beheerde. Hun slogan was toen over een techline ‘End-to-end transactions’ en dat was echt zo. Duizend mensen, ingenieursbedrijven die terminals hardware ontwikkelden, customer service deden, de hosting deden en een eigen telecomnetwerk beheerden; alles zat erin, behalve de focus op de klant. Ik sprong daar op die kar om klantenservice meetbaar te maken, ze moesten dat ook rapporteren extern aan de Raad van Mededingen, Autoriteiten in België. Er zat ook wel wat druk achter. Zo ben ik eigenlijk de betaalwereld ingerold, zonder het bijna te beseffen. Ik wist het verschil niet tussen wat we issue en acquiring noemen en dat soort buzz words, maar die heb ik gaandeweg wel opgepikt.
Jeroen: En je vond het blijkbaar wel heel interessant?
Joachim: Ja, zeker. Betalingen is een mix van enerzijds dat het in je dagelijks leven gebeurt, niemand staat erbij stil, en dat hoort zo te zijn. Je wil daar niet over nadenken. Dus het heeft een enorme klantenfocus al van bij de start. Daarnaast heeft het natuurlijk een financieel component, want het gaat over geld. Het gaat eigenlijk ook wel over risico’s beheren en veel meer dan je zou inschatten op het eerste zicht. En het heeft een technologisch component, want het moet 24/7 werken, dus operationeel moet het zeer strak staan. En er moet innovatie in zijn. Dus alle innovaties die je ziet doorkomen van telefoon, met de smartphones, NFC, QR-codes, noem maar op, maar ook onderliggend encryptie, da soort toepassingen hebben vaak een enorme toepassing in payments. Dus die mix maakt het complex en ik vind het wel leuk om die complexiteit aan te vallen en te vereenvoudigen. Want inderdaad, het eindproduct en de eindervaring, zeker ook voor ondernemers, moeten eenvoudig zijn. Voor consumenten is dat evident, maar ondernemers zijn vaak de laatsten waar ze aan denken als een zaak open is. “Ah ja, we moeten ook nog het geld binnenkrijgen.”
Dit is Leaders in Finance met Jeroen Broekema.
Jeroen: Op een bepaald moment kom je dus toevallig in die betalingswereld terecht. Dan denk je, “Dat is interessant”, je bent er blijkbaar goed in, anders kom je niet van de ene in de volgende functie. Heb je ook weleens gedacht, “Ik zit nu op dit pad en ik word helemaal dependent. Ik zit helemaal op die betalingswereld en ik wil eigenlijk een hele andere hoek in”, zijn die momenten er geweest?
Joachim: Ja, zeker. Ik denk dat je die vraag bijna continu moet stellen. Wat ik heb kunnen doen doorheen die bewegingen is vooral andere invalshoeken, andere functies kunnen gaan oppakken. Ik ben bij Banksys gestart in customer service, vrij operationeel, performance management moest ik daar doen. Dan een indirect sales structuur opgebouwd, dus dat was meer een soort mini business unitje, en commercieel gaan handelen. Nadien had ik echt de commerciële organisatie, een sales fabriekje. En bij KBC was het productbeleid, ook weer andere producten, andere contextdynamiek van een bank. Dus zo bekijk ik altijd, “Kan ik het voor mezelf boeiend houden?”, maar “Kan ik ook heel veel leren vanuit een andere functie?” Daar zaten altijd schakeltjes tussen. Zeker PayPal, een Amerikaanse cultuur, een hele snelle groei. Dat geeft ook weer een hele andere vibe.
Jeroen: En waarom denk je dat je steeds die stappen ‘omhoog’, hiërarchisch gezien, maakte?
Joachim: Het was eigenlijk niet zozeer hiërarchisch, denk ik. Ik denk dat ik vaak lateraal heb bewogen.
Jeroen: Maar je bent nu CEO, dus er zit wel een bepaalde…
Joachim: Ja, er zit zeker een trend in. Nu CEO, daar komt eigenlijk heel veel samen van wat ik heb opgebouwd. Ik heb het ook zo altijd aangevlogen, ik moet niet binnen x-tijd daar staan, of dat soort dingen. Ik ben eigenlijk vooral beginnen weven de hele tijd, van “Een ander soort functie of een ander soort organisatie.” Dus in die zin is de betaalwereld ook groot genoeg om er net niet in te verdwalen. Maar op zich heb ik ook wel gedacht, “Zou ik niet eens aan de klantkant willen staan?” Maar dan is bijvoorbeeld de insteek meer van dat je de betalingen gaat beheren bij zo’n klant en dan word je nog meer bijna een betaalnerd. Terwijl ik me altijd wel heb gezien als een generalist, maar toevallig wel altijd in deze sector gebleven.
Jeroen: En dan toch nog wil ik het heel graag even met je hebben over die uitspraak eerder in dit gesprek. Ik weet niet of ik het letterlijk goed opgeschreven heb, maar het kwam erop neer: “Ik was van plan om nooit bij een bank te gaan werken.” Wanneer dacht je dat ongeveer, welke leeftijd was dat?
Joachim: Ik ben constant blijven denken. Zeker op het moment dat ik bij Worldline voelde, “Het is goed dat ik eens andere lucht ga opzoeken.” Ik kende de Belgische banken ook wel goed, dus dat was op zich wel een soort evidente vijver. Maar wat me toen wel aansprak, specifiek bij KBC, ik heb ook altijd naar de karakteristieken van een bedrijf gekeken, is dat zij toen echt de omslag naar klantgerichtheid wilden maken. Dat is echt wel een rode draad. Na de crisis was het voor hen echt een trauma en hebben ze toen heel bewust beslist van, “We gaan daar geld in steken, we gaan de lokale businessunits autonomie geven en we gaan terug contact met de klant versterken.” Betalingen zijn daar heel belangrijk voor, want dat is natuurlijk wat je constant doet. Ik denk dat ze vandaag ook echt een voorloper zijn in digitalisering, met een hele mooie bijna super-app die ze hebben ontwikkeld. Dus dat was voor mij eigenlijk de trigger, en ze voeren uit. KBC heeft een hele sterke executiecultuur, dus dat was voor mij de reden om bij wijze van spreken over mijn hart te strijken en te zeggen, “Ik ga dat toch doen.”
Jeroen: Grappig hoe je dat verwoordt! Je bent ooit economie gaan studeren, hoe kwam je daarbij?
Joachim: Opnieuw, ik wou mijn opties openhouden. Ik was 17 jaar toen ik naar de universiteit trok. Mijn ouders waren allebei in het onderwijs. Mijn vader is germanist, dus hij is leraar Duits, Engels en Nederlands in de middelbare school geweest. Hij zei al grappend, “Als je in het onderwijs gaat, onterf ik je.”
Jeroen: Dat was wel een duidelijke uitspraak!
Joachim: Ja, dat was een duidelijke uitspraak, ook de vorm van humor die hij hanteert. Want ik twijfelde eigenlijk tot redelijk laat tussen Germaanse taal en het cultuurdeel en de connectie met de wereld, ook met de politiek. Ook het kwantitatieve. Toegepaste economie, zoals dat in België heet, leek mij een hele mooie optie. Dus ik heb ook nooit economie gedaan in de middelbare school, gewoon het idee van, “Ik wil iets nieuw leren”, en de mix van het kwantitatieve. Economie is een menswetenschap, dat vond ik wel boeiend. En dat hield mijn opties open.
Jeroen: Helder. En je ging in Leuven studeren, waar woonde je? Want je was 17, was je uit je klas overgeslagen of was het de normale leeftijd om te starten?
Joachim: Nee, ik was vroeg overgeslagen, al in de lagere school. Ik heb heel veel scholen gedaan, zelfs verschillende kleuterscholen, lagere school, verschillende middelbare scholen. Dan heb ik de kandidatuur bachelor, zoals dat nu heet, in Brussel gedaan. Dat bestaat niet meer, Katholieke Universiteit Brussel. Dat was een soort onderafdeling van het grote Leuven. Terwijl, dat was iets kleiner en iets gezelliger. Ik ben opgegroeid dichtbij Brussel, eerst Zaventem en dan Overijse, de groene rand rond Brussel, zoals ze dat noemen. Dan kon ik eerst even pendelen en nadien ook op kot, op kamers, gezeten in Brussel. Dan ben ik naar Leuven gegaan en heb ik zelfs tijdens mijn licentie, tijdens mijn master, ook een trimester of semester in Louvain-la-Neuve gedaan. En dan de Vlerick school, die zaten toen in Gent. Dus ik heb België rondgereisd, en dat was heel apart. Er waren zoveel verschillende culturen die eigenlijk op zo’n zakdoek bijeen zitten. Ik had dat van jongs af aan al meegekregen.
Jeroen: Mooi verwoord! Maar waarom meerdere basisscholen, zei je?
Joachim: Eén basisschool, dat was dan ook het college waar mijn vader les gaf. Maar dan vond hij toch, “Voor het middelbaar kan je hier niet blijven, want ik wil niet een soort belangenvermenging van ouder en leerkracht.” Dus dan ben ik toch weer naar een ander college gegaan. Dat heeft er wel voor gezorgd dat ik iedere keer wel een beetje vanaf nul startte. Ik denk wel dat dat mij ook later mee bepaald heeft, uiteindelijk ben ik iemand die wel vlot zich ergens aanpast aan een nieuwe omgeving en ook goed op mezelf kan terugvallen.
Jeroen: Helder. En nog even voor de volledigheid, je vader Duits en je moeder?
Joachim: Mijn moeder was initieel kleuterleidster. Dus ik ben ook letterlijk onder haar rokken gestart. Maar ook in Brussel, heel interessant, natuurlijk kwamen daar veel mensen met migratieachtergrond in de school terecht, heel veel Franstaligen die naar het Nederlandstalig onderwijs trokken. Dus ze heeft dan ook veel projectwerk gedaan rond de linguïstiek. Hoe ga je om met kleuters en meertaligheid? Op een bepaald moment was ze schoolhoofd in hartje Molenbeek, dus daar heb ik ook heel veel van meegekregen. Mijn moeder is een vrij ondernemend persoon, hoewel ze in de businessbetekenis geen ondernemer is. Mijn ouders hebben altijd wel heel veel activiteiten gedaan, mijn vader was ook reisgids. In het onderwijs heb je veel vakantie, hij is ook vroeg gestopt met werken om de wereld rond te kunnen trekken als reisgids. Er zijn verschillende manieren waarop je ondernemend kunt zijn.
Jeroen: Grappig! Als beide je ouders in het onderwijs zitten, heb je zelf ook nog weleens nu dat je denkt, “Ik zou ook wel naast mijn werk gastcolleges willen geven”, of iets dergelijks willen doen?
Joachim: Ja, ik ben een paar keer op de Vlerick ook gastcolleges gaan geven. Ik vind het op zich wel leuk, maar ik hou ook wel van het resultaatgerichte van in een onderneming te werken, moet ik zeggen.
Jeroen: En na die waarschuwing van je vader kon je het ook echt niet meer maken.
Joachim: Wellicht, ja.
Jeroen: Wil je nog iets meedelen over hoe je jeugd eruitzag? Heb je broers en zussen? Wat voor sfeer was er bij jullie thuis?
Joachim: Ik ben de jongste van drie. Ik heb een broer van zes jaar ouder en een zus van acht jaar ouder. Op die leeftijd is dat wel een groot verschil. Zeker in mijn tienerjaren was ik in de realiteit bijna enig kind. Dus dat maakt dat ik heel veel hobby’s had. Ik heb eigenlijk altijd heel veel ballen in de lucht gehouden, sporten, scouts, ik speelde piano. Daarnaast had ik ook gewoon een actief sociaal leven. Ik heb altijd wel veel energie gehad, dat was de feedback die ik kreeg, en die kon ik dan ook kwijt in die nevenactiviteiten.
Jeroen: Volgens mij is dat nog steeds zo, toch? Die vele energie?
Joachim: Ja, dat schijnt zo!
Jeroen: Ik ken je pas net, maar… En die piano, doe je nog steeds dingen met muziek?
Joachim: Nee, ik ben daarmee volledig gestopt. Ik kan nauwelijks een riedeltje spelen. Toen ik dan op kamers ging en zo, dat is niet het meest mobiele instrument. Dan heb ik dat eigenlijk wel losgelaten. Ik ben wel fan van muziek, zoals heel veel mensen, natuurlijk. Wat ik daar wel aan over heb gehouden is dat ik wel van muziek hou met een haakje waar wat dissonantie in zit en zo. Dus in die zin neem ik dat mee, en als je op een podium moet staan, dat je ook door moet spelen, ook al maak je een foutje. Dat is echt iets wat je daarin letterlijk leert.
Jeroen: Ja, dat is wel mooi. Daar kan je in het zakenleven ook wel heel wat mee, denk ik.
Joachim: Yes!
Jeroen: En nog een ander ding over je jeugd, zijn er nou dingen – als je daarop terugkijkt op hoe je bent opgevoed – waarvan je nu zegt, “Dat was eigenlijk toch wel achteraf gezien anders dan hoe de meeste kinderen zijn opgevoed”? Zijn er elementen waarvan je zegt, “Dat valt me op nu ik zelf ook vader ben”?
Joachim: Ja, zeker. Zeker nu zoek ik dat evenwicht tussen prestatiegerichtheid en mildheid. Ook vrijheid om dingen te exploreren. Dus dat zit wel heel erg in mij, die prestatiegerichtheid. In het begin zeker ook professioneel, dat was eerder een handicap dan dat het mij hielp. Letterlijk ook nog de laatste jaren leer je dat wel een beetje ombouwen, dan leer je toch dat je verder geraakt door niet alleen maar te duwen. Dus dat komt zeker ook wellicht uit mijn persoonlijkheid en ook de manier waarop ik opgevoed ben. Dat is nu ook anders. Ik denk dat het ook wel iets generationeel kan zijn, maar ook op veel plekken. Maar dat is zeker wel een soort evenwicht, ook als je kinderen opvoedt, dat je zoekt. Langs de ene kant wil je wel vooruit sturen en wil je wel tonen, zoals de jezuïeten zeggen, “Plus est en vous.” Mijn vader was ook opgeleid door jezuïeten. Aan de andere kant is er al druk genoeg, ook op kinderen, en het is ook belangrijk dat ze gewoon een fijne jeugd hebben.
Jeroen: Even kijken of ik het helemaal begrijp, werd je juist heel gedisciplineerd en streng opgevoed of werd je heel erg vrij gelaten? Dat is me nog niet helemaal duidelijk.
Joachim: Gedisciplineerd, toch wel. Zeker op schools en het principe. Dat was zeker wel aanwezig.
Jeroen: Heb je je er niet heel erg tegen afgezet, later? Of ben je helemaal, bijvoorbeeld tijdens je studententijd, een hele andere richting ingegaan op dat gebied?
Joachim: Nee, misschien te weinig, achteraf gezien.
Jeroen: Grappig, dat is interessant! Ik kan me voorstellen dat zo’n opvoeding, zeker zoiets wat jij beschrijft, heel veel impact heeft over hoe je ook naar je werk kijkt. Want daar zit ook gedrevenheid onder, zit daar ook de competitie in? Dat je graag wil winnen?
Joachim: Ja, zeker. Ik denk dat dat ook wel goed is. Gedrevenheid is een goede term, denk ik, positief. Ook competitiviteit op zich is goed. Ik denk dat je daar niet altijd te veel omheen moet praten. Hetgeen je daaraan moet toevoegen is het duurzame. Je moet inderdaad zorgen dat je mensen niet uitput, inclusief jezelf. Dat is wel heel belangrijk. En daarom is payments, om dat terug te linken, een hele goede omgeving. Dat heb ik zeker ook bij PayPal ondervonden, je bouwt een netwerk uit. Het gaat erom om heel veel schakeltjes klaar te zetten en op een bepaald moment gaat die bal rollen en versnelt die enorm door dat netwerkeffect. Dus je kan op één punt blijven duwen, zo hard als je wil, dat gaat op zich niet zoveel uitmaken. Het gaat er juist om te zorgen dat alle schakeltjes goed staan en dan krijg je een enorme versnelling. Dan ben je soms echt wel onder de indruk van de impact die je kan hebben, of die er gebeurt. Het is niet alleen jouw directe impact. Dat is wel heel apart, om te merken.
Jeroen: En is die combinatie van veel energie hebben, gemotiveerd zijn, gedisciplineerd werken, ik gooi maar wat termen erin, is dat ook jouw manier van het motiveren van jouw collega’s, van je medewerkers? Of doe je dat op een andere manier?
Joachim: Ik denk dat ik toch probeer vooral te kijken vanuit de medewerker. Waarom zitten ze hier eigenlijk? Wat willen zij er eigenlijk uithalen?
Jeroen: Hoe doe je dat?
Joachim: Door het te vragen.
Jeroen: Dus je stelt veel vragen in gesprekken?
Joachim: Ja, ik denk het wel. Of een observatie te delen en van daaruit het gesprek te starten. Je zou het eerder moeten vragen aan de mensen die ik aanstuur, maar ik dat mensen enerzijds mij inderdaad eerder omschrijven als competitief, maar ook wel als iemand die aan hun zijde staat om hen te helpen, om dingen te realiseren. Daar kan ik dan ook mijn gedrevenheid mee in kwijt.
Jeroen: We hadden het in het voorgesprek over, buiten deze podcast om, dat jij iets zei over, “Die vraag van waar je trots op bent, ik weet niet of we dat moeten bespreken.” Maar dat is natuurlijk voor mij juist een reden om hem wel te vragen, want ik vind het toch wel interessant. Je komt bescheiden over op mij, maar zijn er dingen in jouw loopbaan waarvan je zegt, “Die springen er voor mij toch wel uit, wat ik daar heb kunnen doen”?
Joachim: Sowieso het geheel van het traject, dat ik blijkbaar op een deels geluk en deels ook goede feeling in gaten ben gesprongen waar vaak mensen niet echt stonden te springen om dat op te pakken, maar die dan wel echt een groeiversnelling hebben gegeven waar ik heel veel heb kunnen uit leren. Bijvoorbeeld binnen PayPal, binnen dat Benelux-team met weinig mensen, dus we moesten echt kiezen waarop we ons gingen richten. Te leren dat focus wil zeggen dat je veel dingen echt niet doet en echt durft volledig te laten liggen. En op een bepaald moment beheerde ik ratie met Adyen, een niet onbelangrijke Nederlandse partner. Dat heeft heel veel discussies en gesprekken tot hoog binnen PayPal losgewerkt. Daar realiseerden we ons, “We zijn eigenlijk niet scherp genoeg in onze partnerstrategie.” Dan kon ik daar ineens aan meewerken en niet alleen op Nederland of Benelux of Europese schaal, maar ook wereldwijd. Dus dan zie je dat je ineens zo’n groeiversnelling hebt en dat is super boeiend, dat vraagt heel veel energie, maar dan werk je ook samen met mensen die een enorm goede kijk hebben op de wereld. Niet enkel op het betalingsdeel. Dan ben ik wel heel trots om op dat moment daaraan te kunnen bijdragen en aan boord kan blijven van zo’n traject en daar ook de vruchten van te kunnen zien. Daarnaast de laatste twee jaar in corona, de tent dicht en toch de mensen aan boord houden en eigenlijk een nieuwe kantoorcultuur creëren, dat was heel zwaar, maar het geeft ook heel veel voldoening als je ziet dat je zo het stokje kan doorgeven. Dus daar ben ik zeker wel trots op.
Jeroen: Mooi verwoord, mooie trotse dingen in die loopbaan! Er zitten heel veel zijpaadjes in van dingen die jij zegt die ik zou willen bewandelen. Ik kies er even twee, eentje is: je zegt – en dat vind ik heel mooi – “Ik sprong steeds in gaten, waar anderen misschien niet zo snel zouden springen.” Hoe verklaar je dat, dat jij dan degene was die dat deed?
Joachim: Ik denk dat dat inderdaad een beetje ook vanuit mijn jeugd komt, ik was de jongere op school en moest altijd opboksen tegen grotere en sterkere. Dat competitieve is daar wel ergens aan gelinkt. Maar ik vind het ook gewoon vaak boeiend om van een wit blad iets proberen te gaan creëren. Maar wel een wit blad waar al heel veel context achter zit, natuurlijk. Ik ben zelf geen ondernemer, want dat is echt een wit blad; dat is nog een andere gradatie. Daar ben ik misschien net niet moedig genoeg voor of zo. Maar dat vind ik altijd wel heel boeiend. Dat zie ik nu ook bij EMS, er is heel veel onontgonnen potentieel, onbekend. Je stelde in het begin van het gesprek ook de vraag van, “Wat doen jullie precies?” Ik heb zelf nu ook ontdekt bij EMS dat in publiek transport heel veel van die betalingen via ons lopen, en dat stond niet in mijn briefing en niemand had me dat verteld. Dan denk ik, “Dat is eigenlijk wel cool”, en daar iets mee te doen en kijken, “Hoe kunnen we daar verder in geraken?”, met dat soort vraagstukken, dat vind ik gewoon heel leuk.
Jeroen: Dat kan ik me voorstellen! En het andere zijpaadje waar ik in wilde gaan is dat je zei, “Het is ook heel belangrijk om heel duidelijk te zeggen wat we niet doen.” Hoe doe je dat? Want ik denk dat op elk niveau, of het nou je privéleven is of het zakelijke leven, niet doen is moeilijk voor de meeste mensen. Ook voor mij; ik vind het heel lastig om ‘nee’ te zeggen tegen dingen. Heb je er ideeën bij hoe jij dat doet en hoe je dat misschien kan overbrengen op anderen hoe zij dat zouden kunnen doen?
Joachim: Eerst en vooral: ik vind dat ook enorm lastig. Dat is niet evident en dat was voor mij ook een soort cultuurshock als Belg, om te beginnen samenwerken met veel Nederlanders en de directheid waarmee dat ook wordt uitgesproken. Dan denk ik vaak, “Dit is heftig” en “Doe ik iets helemaal fout?” Ik denk dat dat ook hetgeen is, ik ben opgevoed om alles netjes te hebben en alles onder controle te hebben. Dat geeft ook heel veel druk. Dus ik denk, probeer dat te doen en je gaat ervaren dat je daardoor eigenlijk heel veel druk kan wegnemen die je jezelf oplegt. Dat is op veel punten zo, elke Vlaming zal netjes zijn gras perfect in orde houden. Helaas, mijn gras is op dit moment geen toonbeeld. Zo zijn er kleine dingen, maar ook in business, ook meer fundamentele zaken, echt durven vragen, “Welke klant zit hier nu echt op te wachten op wat we gaan doen? Toon mij eens die lijst, hoe groot is dat? Hoe kritisch is dat voor die klant?” Dus het doorvragen en durven zeggen, “Wat als we het nu niet doen, wat is dan de impact?”
Jeroen: Helder. Dus heel kritisch zijn is één en het andere is ook een beetje ervaren wat er gebeurt als je een keer iets niet doet. Hoe fijn dat soms kan voelen en waarschijnlijk dat het dan wel meevalt wat de gevolgen daarvan zijn?
Joachim: Ja, zeker. Dat geeft je ook een vorm van zelfrespect. Want uiteindelijk, je tijd die je kan spenderen aan het werken is niet onbeperkt. Dus wil je dan kunnen zeggen, “Ik heb een halfuur of een uur van je tijd gespendeerd aan dingen die eigenlijk niet het verschil maken”? Vind je dan dat je niet beter bent dan dat? Dat is echt ook dat zelfbewustzijn dat ik wel van Nederlanders voor een stuk heb geleerd, omdat je uiteindelijk moet kijken, “Waar willen we echt het verschil mee maken?” Niet “Hoe houden we de tent draaiende?”, maar je iedere keer afvragen, “Als ik dit nu doe, draagt dit nu echt bij aan hetgeen waarmee we het verschil gaan maken?” Dan creëer je wel vanzelf een beetje die focus. Een rood signaal is als mensen veel te lang gaan werken. Dan zeggen ze, “Ik ben twaalf uur aan het werken” of “Ik slaap niet” en dan denk ik, “Ben je dan echt aan iets heel cool aan het bouwen of ben je juist niet aan het kiezen?” Dan is het bijna altijd het tweede. Dus dan verlies je je zelfrespect en in het slechtste geval heb je een burn-out. Net omdat ze niet de zelfzorg en dat zelfrespect en die focus hebben.
Jeroen: Mooi, heel interessant!
Leaders in Finance met Jeroen Broekema.
Jeroen: We hebben bij Leaders in Finance ook altijd een teaser en een pleaser. De pleaser is altijd dezelfde, aan de teasende kant heb ik opgeschreven: In de payment space hebben banken zoveel terrein verloren, maar dat had niet gehoeven. Ben je het daarmee eens?
Joachim: Ik ben het daar eigenlijk, zeker voor Nederland, niet mee eens. Ik denk dat ze nog steeds heel veel waarde creëren. Ik vind het moeilijk om te zeggen.
Jeroen: Het is een teaser, hé!
Joachim: Ja, het is een teaser, inderdaad. Ik denk dat er toch ook bewustzijn bij de banken is, kijk naar een schema als iDeal en ook Bancontact in België, waar de banken realiseren dat betalingen bijna ook een politieke rol hebben naar controle houden over je natie. Ik denk dat er wel echt geïnvesteerd is en dat er wel focus op is, en ook goede dingen gedaan zijn. Het klopt wel als je een beetje uitzoomt en als je kijkt naar andere markten. Ik vind dat het bijvoorbeeld in Duitsland heel apart is. De versplintering van de Sparkassen heeft niet geholpen en dat had absoluut niet gehoeven, inderdaad. Dan hadden de banken vanuit Europees perspectief zeker veel verder kunnen staan.
Jeroen: Ik kan me toch voorstellen, stel dat ik de afgelopen vijftien jaar CEO zou zijn geweest van een KBC of een ING of een ABN AMRO of wat dan ook, en ik zie dat de marktkapitalisatie van een Adyen groter is dan de twee grootste banken in Nederland of zoiets, ik weet niet wat het op dit moment is, dan denk ik toch, “What happened under my watch?”
Joachim: Ja, uiteraard, terecht. Er zijn ook altijd technologiebedrijven geweest omheen de banken en vroeger reden die rond met cash in beveiligde wagens. Nu zijn dat coole fintech PSPs. Dus er zijn zeker wel gemiste kansen. Ik denk dat elke bank dat wel ergens tandenknarsend zal toegeven. Maar die uiteindelijke kerncontrole over het betaalverkeer is toch nog steeds zeer sterk, zeker in Europa, in handen van de banken.
Jeroen: Helder. Dank voor je mooie genuanceerde toelichting! Aan de pleasende kant, lees je graag? Zijn er bepaalde boeken die jou erg hebben aangesproken of die je vaak aan mensen geeft of waar je nog vaak aan denkt?
Joachim: Ja, ik lees graag. Ook als je vader een boekenwurm is, dan krijg je dat mee. In mijn jeugd kreeg ik regelmatig wel eens een boek toegestopt van, “Lees dat eens!”
Jeroen: De grote Duitse literatuur, neem ik aan, gezien zijn achtergrond, Hermann Hesse?
Joachim: Ja, genau. Bijvoorbeeld De Buddenbrooks: Verval van een familie van Thomas Mann. Dat heb ik niet in het Duits gelezen, maar wel in het Nederlands. Dat is zeker wel bijgebleven, omdat je het gestage verval en het keeping up appearances van die bourgeoisie daarin kan doorlezen. Als ik er nu ook aan terugdenk, het evenwicht van in welke mate je bijvoorbeeld je kinderen stuurt of hen loslaat, dat is wel een vraag die je daarbij kan stellen. Want het heet ‘Het verval van de Buddenbrooks’, maar dat is echt gezien vanuit hun rol. Het boek gaat over een handelsgeslacht in een Duitse handelsstad, die steeds maar minder business doen, maar toch proberen een schijn op te houden, omdat generatie na generatie het niet meer in hun genen zit om echt handel te voeren. Dan is de vraag: is dat verval of is dat juist verandering? Moeten we dan niet eerder zeggen, “Er is iets nieuw gecreëerd”? In welke mate kan je verwachten dat dat ook generatie na generatie zich voortzet? Dat moet je projecteren vanuit jezelf. Ik heb het antwoord niet, maar het is op z’n minst goed om eens de vraag te stellen.
Jeroen: Ja, het is een prachtig boek. Ik ben zelf ook grote fan. Ik heb weleens gelezen dat het van onze premier in Nederland, Mark Rutte, ook zijn favoriete boek is. Schitterend! Ik vond het ook aangrijpend. Het gaat wel onder je huid zitten.
Joachim: Ja, het is ook traag.
Jeroen: Traag en tragisch.
Joachim: Ja, precies.
Jeroen: Had je nog andere boeken die je wilde noemen?
Joachim: Ja, zeker. Ik merk toch, waar mensen om me heen weleens mee worstelen is lang te lezen. Het is eigenlijk wel goed om vertragend te zijn en eens proberen te lezen. Maar een kort boekje, en zo heb ik Murakami leren kennen, want ik had er nog niks van gelezen. Er is zoveel dat je moet doen. Het boek is What I Talk About When I Talk About Running. Het is heel mooi hoe hij zijn persoonlijk pad omschrijft en zijn worstelingen ook met duursporten. Het gaat niet alleen over lopen, maar hij heeft ook triatlons gedaan. Dat vond ik wel een plezierig boekje, dus als je eens in het hoofd wil kruipen van iemand, enerzijds een Oosterse persoonlijkheid en de duursporter. Als je die mensen niet begrijpt, waar ik volledig kan inkomen, dan is dat wel een snel en kort boekje om eens door te nemen.
Jeroen: Ik vind het erg leuk dat ik beide boeken ken, ook dat boekje vind ik ontzettend leuk. Maar het roept natuurlijk wel onvermijdelijk de vraag op: Wat heb jij zelf dan met hardlopen?
Joachim: Ik ben gaan hardlopen als tiener, nadat bleek dat ik slim genoeg werd om te realiseren dat ik echt geen voetbaltalent had. Maar dat ik wel vooruit geraakte in het hardlopen en vooral heel prettig vond. Waar ik woonde was heel veel natuur en een heel fijn groepje. De sfeer in een atletiekvereniging – en nu loop ik bij een duursportgroep, The Extra Mile – is zeer apart, zeer kameraadschappelijk. Want je loopt tegen jezelf en je loopt met elkaar. Dus dat vond ik daar echt wel heel plezierig aan. Dan wel wat gestopt, omdat mijn talent niet groot genoeg was om daar prioriteit aan te geven tegenover mijn studies en werk en gezin. Maar ik heb het terug opgepakt en het klinkt als een cliché, maar het helpt wel om mijn leven een beetje in balans te houden. Het ding aan hardlopen is dat je geen instant resultaat ziet, het vertraagt letterlijk je leven. Het is zoals ze zeggen, “If you want to go fast, go alone. If you want to go far, go together.” Ik denk dat dat de quote is, dat is ook zo. Hier, together is ook samen met je lichaam. Je moet letterlijk vertragen, je moet leren traag te lopen indien je ver wil geraken. Je moet leren letterlijk naar je lichaam te luisteren in de brede zin van, “Hoe gestrest voel ik mij? Hoe gezond voel ik me?”, en dan heel rustig en gedurig dag na dag daarmee bezig zijn. Ook je slaap, ook je voeding.
Jeroen: Dat is toch ook weer die discipline?
Joachim: Ja, die discipline. Maar niet op een manier die je per se druk oplegt. Het geeft juist een stuk structuur en rust.
Jeroen: Kan je tijdens het lopen je gedachten over werk aan de kant zetten, of blijft het toch nog een beetje doorspelen?
Joachim: Ik loop nooit met muziek of podcasts, dat is mijn disconnectie-moment. Ja, dan komen er weleens gedachten binnen, zoals ook gedachten kunnen binnenkomen als je de afwas doet. Maar ik ben dan ook gewoon gefocust – zeker nu, ik ben nu terug aan een doel aan het werken – op mijn hartslag en op de omgeving. Gewoon puur op de omgeving en dat is gewoon heel fijn en heel prettig.
Jeroen: Loop je dan lange afstanden?
Joachim: Ja. Ik ben ook niet explosief, nooit geweest. Dus ik heb geen andere keuze, maar ik doe het ook gewoon heel graag.
Jeroen: Verklaar je nader, wat is lang? Zijn dat marathons, ultra marathons, triatlons?
Joachim: Ik ben iets serieuzer met hardlopen begonnen met het idee van trails te lopen omdat ik juist geen tijd wilde najagen. Dus dat heb ik wel wat gedaan, ook een lange trail in de Alpen. Dat was echt fantastisch, letterlijk runner’s high, als je dan op de top van een berg aan het lopen bent. Ik vond vroeger ook altijd het veldlopen het prettigste. Het was puur de strijd en ook in de modder, gewoon helemaal leeg lopen. Nu, ook een beetje door lichamelijke gebreken die stilaan opgetreden zijn, ben ik toch naar een marathon overgestapt. Dus ik heb er nu twee gelopen, nu ga ik een derde lopen binnen vier weken. Dan ga ik in Frankfurt lopen, dat is een vlakke marathon. Dan zit er wel wat tijd en druk op, want je wil toch ergens dat persoonlijk record breken. Maar uiteindelijk komt het erop neer, ik loop puur op hartslag en ik kijk dan, “Hoe snel ben ik aan het lopen?” en niet omgekeerd. Dat moet ik aanvaarden, hoe snel dat zal gaan. Maar het gaat wel goed op dit moment.
Jeroen: Leuk om te horen! Het spreekt me ook persoonlijk aan, maar dat weten luisteraars, dat ik ook erg van hardlopen hou. Dus ik ben er extra lang op doorgegaan omdat ik het zelf zo interessant vind. Tot slot, richting de afronding. Hoe manage jij werk en privé? In de inleiding zei je dat je vier kinderen hebt. Je hebt een hele drukke baan, CEO van een serieus groot bedrijf, hoe doe je dat?
Joachim: Heel goed plannen, natuurlijk. Ik werk wel hard en gefocust, maar ik probeer toch echt wel de tijd die ik voor mijn kinderen maak, dat ik er ook echt ben. Dat lukt niet altijd, dus in die zin blijft dat ook voor een stukje een worsteling. Ik ben gescheiden, dus de kinderen zijn ongeveer één week op twee bij mij en dan ben ik ook bij hen in Hoegaarden thuis. Dat is echt je prioriteiten kiezen. Ze zijn nu tieners, dus de zorgtijd vermindert en je kan iets meer tijd spenderen in echt bij hen te zijn. Op die manier probeer je toch je rol goed in te vullen. De tijd die ik niet bij hen ben, ben ik volledig in Amsterdam en nog meer gefocust op EMS.
Jeroen: Mooi! Voordat ik jou ga bedanken, is er nog iets waarvan jij zegt, “Dat had ik heel graag op deze podcast willen zeggen” of “Ik vind het jammer dat je dat niet gevraagd hebt”?
Joachim: Daar zou je nog eens een podcast mee kunnen vullen, maar innovatie in betalingen. Enerzijds is het een plek waar heel veel innovatie gebeurt, langs de andere kant is het ook heel traag. Je ziet dingen echt vooruit kruipen. QR-codes bestaan al heel lang, betaling is dan net hetgeen dat zoiets helemaal doet doorbreken in ons dagelijks leven. Dus dat is wel iets dat ik heel boeiend vind. Die afweging tussen hoe cool en innovatief je moet zijn en aan de andere kant rustig blijven. Daar zouden we nog wel een boompje over kunnen opzetten. Dat is ook iets bij EMS waar ik goed naar kijk, aan de ene kant willen we – en zijn we ook – zeer innovatief zijn, aan de andere kant zijn betalingen echt iets waar je de massa adoptie mee bewerkstelligt en moet je zorgen dat dingen echt schaalbaar zijn. Dus ik hoop dat je daar meer gaat over horen in de komende maanden en jaren, hoe we ons daarin ontwikkelen en echt een stempel kunnen drukken op uiteindelijk het dagelijkse leven van iedereen.
Jeroen: Leuk! Ik heb hier genoteerd op mijn zeer volle aantekeningenblaadje: Wellicht een keer een extra aflevering met jou en misschien met nog iemand anders erbij uit een andere hoek over innovatie in betalingsverkeer. Misschien publiceren jullie er weleens iets over, dan is dat een mooie aanleiding. Maar laten we dat even vasthouden. Voor nu, Joachim, heel erg bedankt voor je openheid over je privéleven, over het zakelijke en alles daar tussenin. Heel erg interessant! Zoals ik al zei, heb ik heel veel aantekeningen gemaakt met interessante punten waar ik nog eens over ga nadenken. Zeker ook die balans tussen de opvoeding die een paar keer terugkwam, in de gaten springen vond ik heel interessant en dat kritisch zijn, gedisciplineerd, nee zeggen, allerlei dingen die ik hier zo van mijn blaadje lees. Voor nu dank! Met dank aan Bocca Coffee, een B-corp gecertificeerd bedrijf, krijg je zo nog een koffiecadeautje en nog een klein ander cadeautje.
Joachim: Dankjewel!
Jeroen: Veel dank!
Joachim: Graag gedaan, dankjewel!
Dit was Leaders in Finance, we hopen dat je deze aflevering met veel plezier hebt beluisterd. We stellen je feedback erg op prijs. Wat houdt je bezig en over wie wil je meer horen? Laat het weten via een Apple of Google review. Dat kan ook via de social media kanalen of direct via een email. We kunnen het enorm waarderen als je dat doet. Tot slot danken we onze partners voor hun steun, dat zijn Kayak, EY, Odgers Berndtson executive search en Roland Berger. Bedankt voor het luisteren!